Onderhoud
1. Dop
2. Stoomfilterelement
4. Uitsluitend voor modellen met elektrische verwarming: in-
specteer de verwarmingselementen op overmatige vervuiling
door de trommel te draaien zodat u de verwarmingselementen
door de gaten heen kunt zien. Verwijder de slangen van de af-
voerkleppen om het vuil te kunnen zien en met een tang te
verwijderen. Vervang het/de element(en) zo nodig.
OPMERKING: Na verloop van een paar maanden
kan er zich pluis ophopen. Inspecteer de verwar-
mingselementen om de 6 maanden zo niet vaker.
5. Alleen voor modellen met capaciteit van 36,3 en 45,4 kg
[80 en 100 lb]: Smeer de lagers elke maand of om de 200 be-
drijfsuren. Inspecteer de smeerleiding visueel op luchtbellen
en ontlucht indien nodig.
Het smeervet moet de volgende kenmerken hebben:
•
NLGI kwaliteit 2
•
Op lithiumbasis
•
Niet in water oplosbaar
•
Antiroest
•
Anti-oxiderend
•
Mechanisch stabiel
Het smeervet moet voldoende basisolieviscositeit met een van de
volgende classificaties hebben:
•
ISO VG 150 (135–165 cSt bij 40 °C [709–871 SUS bij
100 °F])
•
ISO VG 220 [198–242 cSt bij 40 °C [1047–1283 SUS bij
100 °F]]
•
Een SAE 40 classificatie is ook aanvaardbaar zolang de
cSt of SUS waarden binnen de opgegeven bereiken vallen.
Bedien de vetspuit langzaam met slechts 2 slagen.
©
Copyright, Alliance Laundry Systems LLC - NIET KOPI-
EREN of DOORZENDEN
1
2
H042I_SVG
Figuur 65
OPMERKING: Pomp nooit smeermiddel in het lager-
huis totdat u dit naar buiten ziet komen. Dat kan re-
sulteren in overmatige smering waardoor de lagers
en afdichtingen beschadigd kunnen raken.
Jaarlijks
OPMERKING: Koppel de machine los van de voeding
bij de bron voor u onderhoudswerkzaamheden uit-
voert.
1. Verwijder de voorpanelen en achterste toegangspanelen en
controleer alle aansluitingen/klemmen van slangen, afvoeren
en overlopen op lekkages. Controleer alle slangen op zichtba-
re sporen van slijtage. Vervang waar nodig.
2. Controleer de riem op overmatige slijtage, gerafelde randen
en juiste spanning. Vervang de riem of breng deze op span-
ning indien nodig.
OPMERKING: De riem mag niet verdraaid zijn en
moet goed om de riemschijven lopen. De riem moet
tot op 1 mm [0,04 inches] op de trommelschijf ge-
centreerd zijn.
a. Gebruik de volgende procedures om na te gaan of de rie-
men vervangen of bijgeregeld moeten worden. Neem in
beide gevallen contact op met een gekwalificeerde onder-
houdstechnicus.
OPMERKING: De mandpoelie moet na elke aan-
passing drie (3) volle slagen worden gedraaid
voor de riemspanning kan worden beoordeeld.
•
Frequentiemeter. Haal de moer bovenop de ringbout
zover aan tot halverwege de juiste frequentie wordt be-
reikt (zie Tabel 47 ). Aanhaalmoment borgmoer op
veerbeugel 27,9 ± 2,7 N·m (20,6 ± 2 ft·lb). Zie Figuur
66 .
120
Onderdeel nr. F8619501NLR12