Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Fourgroup Full-App 2 Installatie- En Gebruiksaanwijzing pagina 19

Inhoudsopgave

Advertenties

Om naar de volgende horizontale parameter te gaan druk
Turn-Off MANUAL
0=ON
De parameter "Simultaneity Max pumps" stelt het aantal pompen dat gelijktijdig kan
werken in. Bijvoorbeeld, bij instelling van waarde "1" zal het maximaal 1 pomp activeren zelfs
indien de voorwaarden van beide pompen actief staan.
Simultaneity
Max pumps nr.X
De "X" duidt de te wijzigen parameterinstelling aan.
Het waardebereik loopt van 1 tot 2.
Fabrieksinstelling: 2 (FULL-APP²).
Om naar de volgende horizontale parameter te gaan druk
Simultaneity
Max pumps nr.X
Met de parameter "Rotating pumps" is het mogelijk om de modus waarin de pompen
alternerend starten te activeren/selecteren.
- 0=NO: bij "0" zal er geen rotatie van opstartende pompen zijn. De pompen zullen starten en
stoppen afhankelijk van de eigen (de)activeringsinstellingen.
Nota: de voorwaarde om pomp2 op te starten zal ook pomp1 opstarten.
- 1=R: bij "1" wordt de rotatie geactiveerd met de volgende logica:
Bij elke activering van de eerste startvoorwaarde zullen de pompen in een cyclische volgorde
opstarten; elke activering van de tweede voorwaarde zal resulteren in de start van de tweede
pomp. Het stop zetten van de pompen gebeurt in omgekeerde volgorde, eerst de pomp die
laatste opstartte, en vervolgens de pomp die eerste startte.
- 2=A: bij "2" zal rotatie plaats vinden op basis van het aantal starts van elke pomp
(weergegeven onder de werkingsparameter "St XXX") teneinde het aantal starts tussen beide
pompen te verdelen. Het stop zetten zal de pomp met het minst aantal starts aansturen (om
deze eerst te laten opstarten en het aantal herstarts te verhogen om een balans te bekomen).
Rotating pumps
- Bij "3" wordt de rotatie van de pompen gebaseerd op het aantal werkuren van elke pomp
0=NO 1=R 2=A X
(weergegeven onder de werkingsparameter "h XXX") teneinde de belasting en het aantal
werkuren tussen de pompen verdelen. Het stop zetten van de pompen gebeurt op basis van
het hoogste aantal werkuren.
- Bij "4" wordt de tijdrotatie geactiveerd: de rotatie tussen de pompen zal gebaseerd zijn op de
programmeerbare timer beschreven in de volgende parameter ("Change Pump every XXX hour").
- Bij "5" heeft de rotatie de volgende logica:
Bij elke activering van de eerste start zal de voorwaarde resulteren in een cyclische volgorde van
de pompen; bij elke activering van de tweede voorwaarde zal dit resulteren in the start
van de tweede pomp. Het stop zetten van de pompen zal in de sequentie zijn waarin de
pompen startten. Eerst de pomp die het eerst startte en vervolgens de pomp die laatst startte.
De "X" duidt de te wijzigen parameterinstelling aan.
Het waardebereik loopt van 1 tot 5.
Fabrieksinstelling: 1.
NOTA: als de pomp verondersteld te starten niet geactiveerd wordt (om welke reden ook), wordt de andere
pomp automatisch geactiveerd (in dat geval wordt de parameter "Simultaneity Max pumps" naar 2 gezet).
NOTA: Als er behoefte is om de pompen apart te beheren is het aangewezen om de
programmawerking om te schakelen naar MULTITANK.
Voor de volgende horizontale parameter druk de toets
Rotating pumps
0=NO 1=R 2=A X
Simultaneity
XXXsec
Max pumps nr.X
Rotating pumps
0=NO 1=R 2=A X
Change pump
Every XXX hours
:
Rotating pumps
0=NO 1=R 2=A X
:
Change pump
Every XXX hours
:
Restart Setting
Restart1 XXX min
19

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave