28 www.electrolux.com
4. DAGELIJKS GEBRUIK
4.1 Het bewaren van ingevroren
voedsel
Als u het apparaat voor het eerst of na
een periode dat het niet gebruikt is in-
schakelt, het apparaat minstens 2 uur la-
ten werken voordat u er producten in
plaatst.
De vriesladen zorgen ervoor dat u het
voedselpakket dat u wenst, snel en mak-
kelijk kan vinden. Indien grote hoeveelhe-
den voedsel moeten worden bewaard,
verwijder dan alle lades behalve de onder-
ste lade die nodig is voor een goede
luchtcirculatie. Het voedsel kan op alle
schappen tot 15 mm ver naar de deur uit-
steken.
In het geval van onbedoelde ont-
dooiing, bijvoorbeeld als de
stroom langer is uitgevallen dan
de duur die op de kaart met tech-
nische kenmerken onder 'tijds-
duur' is vermeld, moet het ont-
dooide voedsel snel geconsu-
meerd worden of onmiddellijk be-
reid worden en dan weer worden
ingevroren (nadat het afgekoeld
is).
4.2 Ontdooien
Diepgevroren of ingevroren voedsel kunt,
voordat het gebruikt wordt, in het koelvak
of op kamertemperatuur laten ontdooien,
afhankelijk van de hoeveelheid tijd die
hiervoor nodig is.
Kleine stukken kunnen zelfs rechtstreeks
vanuit de vriezer gekookt worden als ze
nog bevroren zijn: in dat geval zal de be-
reiding iets langer duren.
4.3 Vers voedsel invriezen
Het vriesvak is geschikt voor het invriezen
van vers voedsel en voor het voor een
lange periode bewaren van ingevroren en
diepgevroren voedsel.
Schakel om vers voedsel in te vriezen de
functie Snelvriezen in, minstens 24 uur
voordat u het in te vriezen voedsel in het
vriesvak legt.
Plaats het verse voedsel dat moet worden
ingevroren in het onderste compartiment.
De maximale hoeveelheid levensmiddelen
die in 24 uur kunnen worden ingevroren,
staat aangegeven op het typeplaatje; een
label dat zich aan de binnenkant van de
koelkast bevindt.
Het invriesproces duurt 24 uur. Vries tij-
dens deze periode geen ander voedsel in.
Na 24 uur, wanneer het invriesproces is
voltooid, de functie Snelvriezen weer uit-
zetten (zie "functie Snelvriezen").
4.4 Temperatuurweergave
Om u te helpen uw apparaat correct te
bedienen, hebben we uw koelkast uitge-
rust met een temperatuurlampje.
Het symbool aan de zijkant duidt het
koudste deel van de koelkast aan.
Het koudste deel is het deel van de gla-
zen legplank van de fruit- en groentenlade
tot aan het symbool of tot de legplank ter
hoogte van het symbool.
Om ervoor te zorgen dat het voedsel op
de juiste manier bewaard wordt, zorg er-
voor dat het temperatuurlampje het be-
richt "OK" weergeeft.
OK
Indien "OK" niet wordt weergegeven, stel
dan de temperatuur in op een lagere tem-
peratuur en wacht 12 uur alvorens de
temperatuur nogmaals te controleren.
Het is normaal dat het bericht "OK" ver-
dwijnt nadat u voedsel in het apparaat ge-
plaatst hebt of na herhaaldelijk openen
van de deur.
4.5 DYNAMICAIR
Het koelvak is voorzien van een apparaat
dat snelle koeling van voedsel mogelijk
maakt en een gelijkmatigere temperatuur
in het vak.
Het apparaat activeert zichzelf indien no-
dig, bijvoorbeeld voor een snel tempera-
tuurherstel nadat de deur is geopend of
als de omgevingstemperatuur hoog is.
Stelt u in staat om het apparaat handma-
tig in te schakelen indien nodig (zie 'DY-
NAMICAIR -functie').