Onderhoud, verzorging en afvalverwerking
Onderhoudsschema
6.3.1
Vuilfilter
Door het verlaagde koelluchtdebiet wordt de inschakelduur van het lasapparaat gereduceerd. Het vuilfilter
moet regelmatig gedemonteerd en door het afblazen met perslucht worden gereinigd (afhankelijk van de
vuilintensiteit).
1. Op het apparaat kunnen twee vuilfilters (optie voor uitbreiding) worden geïnstalleerd. Een bij de luch-
tinlaat van het vermogensdeel (inverter) en een bij de luchtinlaat van de warmtewisselaar (lastoorts-
koeling).
2. Draai de sluitschroeven van het filter los.
Trek het filter van het vermogensdeel naar onder / achter.
Trek het filter van de warmtewisselaar naar onder of naar de zijkant.
3. Vuilfilter met olie- en watervrije perslucht uitblazen.
De overheidsvoorschriften voor afvalverwerking opvolgen!
•
Na het reinigen de filters weer in omgekeerde volgorde monteren.
44
Afbeelding 6-1
099-005607-EW505
22.08.2019