6.3
Onderhoudsschema
099-005607-EW505
22.08.2019
Onderhoud, verzorging en afvalverwerking
Onderhoudsstap
Uitsluitend de als keurder resp. reparateur bevoegde persoon mag op
grond van zijn opleiding de desbetreffende arbeidsstap uitvoeren! Niet
van belang zijnde controlepunten worden overgeslagen.
•
Controleren en reinigen van de lastoorts. Door afzettingen in de toorts
kunnen kortsluitingen optreden, die het lasresultaat negatief kunnen
beïnvloeden en als gevolg de toorts kunnen beschadigen!
•
Draadaandrijving, lastoorts en draadgeleidingselementen controleren
op toepassingsgerelateerde uitrusting en correcte instelling.
•
Draadtoevoerrollen regelmatig reinigen (afhankelijk van de vervuilings-
graad). Versleten draadtoevoerrollen vervangen.
•
Aansluitingen van de lasstroomkabels (op vaste en vergrendelde be-
vestiging controleren).
•
Is de beschermgasfles met glasflesveiligheidselementen (ketting/band)
gezekerd?
•
Trekontlasting: Is het slangpakket met een trekontlasting gezekerd?
•
Alle voedingskabels en aansluitingen (leidingen, slangen, slangpakket-
ten) op beschadigingen en dichtheid controleren.
•
Lassysteem op schade aan de behuizing controleren.
•
Transportelementen (band, hijsogen, greep, transportrollen, par-
keerrem) gerelateerde veiligheidselementen (eventueel veiligheidskap-
pen) aanwezig en probleemloos?
•
Aansluitingen van de koelmiddelleidingen (snelkoppelingen, koppelin-
gen) reinigen van verontreinigingen en veiligheidskappen bij niet ge-
bruik aanbrengen.
•
Gastest magneetventiel schakelt correct open en weer dicht.
•
Controle van de bedienings-, meldings- en controlelampjes, bescherm-
en instelinrichtingen.
•
Controle draadrolopname (de draadtoevoerrollen moeten vast op de
houder zitten en mogen geen speling hebben)
•
Vuilfilter reinigen (indien van toepassing) > zie hoofdstuk 6.3.1
•
De correcte bevestiging van de draadspoel controleren.
•
Maak de buitenoppervlakken schoon met een vochtige doek (gebruik
geen agressieve reinigingsmiddelen).
•
Reiniging stroombron (inverter) > zie hoofdstuk 6.3.4
•
Reiniging warmtewisselaar (lastoortskoeling) > zie hoofdstuk 6.3.3
•
Koelmiddel vervangen (lastoortskoeling) > zie hoofdstuk 6.3.2
•
Terugkerende inspectie en controle > zie hoofdstuk 6.3.5
Onderhoudsschema
43