NEDERLANDS
2 3
1
Zorg dat u het bovenste paneel in de zittin-
gen plaatst.
Problemen oplossen
Waarschuwing! Zie de
veiligheidshoofdstukken .
Probleem
De oven wordt niet
warm.
De oven wordt niet
warm.
De oven wordt niet
warm.
De oven wordt niet
warm.
De oven wordt niet
warm.
De oven wordt niet
warm.
Het ovenlampje brandt
niet.
Mogelijke oorzaak
Het apparaat is uitgescha-
keld.
De klok is niet ingesteld.
De benodigde kookstanden
zijn niet ingesteld.
Automatische uitschakeling
is actief.
Het kinderslot is geacti-
veerd.
De zekering in de zekering-
kast is doorgebrand.
Het ovenlampje is kapot.
Oplossing
Schakel het apparaat in.
Stel de klok in.
Zorg ervoor dat de instellingen
correct zijn.
Raadpleeg "Automatisch uit-
schakelen".
Raadpleeg "Uitschakelen van
het kinderslot".
Controleer de zekering. Als de
zekering meer dan een keer
doorslaat, raadpleegt u een
bevoegde elektricien.
Het ovenlampje vervangen.
44