NEDERLANDS
Knop
/
Een ovenfunctie instellen
1
1. Schakel het apparaat in.
2. Blijf op
drukken tot het symbool voor
de benodigde ovenfunctie knippert.
In het display verschijnt de standaard-
temperatuur. Als u deze temperatuur
niet binnen ongeveer vijf seconden wij-
zigt, begint het apparaat te werken.
3. Om de temperatuur te wijzigen, drukt u
op + of -.
Ovenfuncties
Ovenfunctie
Binnenverlichting
Boven + onderwarm-
Onderwarmte
Grill met ventilatie
Brood en pizza bak-
Functie
Minus, plus
Het ovenlampje activeren zonder een bereidings-
functie.
Voor bakken van niet meer dan één rekniveau tege-
Hetelucht
lijkertijd. Om eten te drogen. Stel de temperatuur 20
- 40 °C lager in dan voor Boven + onderwarmte.
Voor het bakken en braden op een ovenniveau.
te
Voor het grillen van plat voedsel in het midden van
Grill
het rooster. Voor het maken van toast.
Voor het bakken van taarten met een knapperige
bodem.
Voor het braden van grotere stukken vlees of gevo-
gelte met botten op één niveau. Ook om te gratine-
ren en te bruinen.
Om gerechten op één niveau te bakken met intensief
bruineren en een krokantere korst. Stel de tempera-
ken
tuur 20 - 40 °C lager in dan voor Boven + onder-
warmte.
Beschrijving
De tijd en temperatuur instellen.
Temperatuur wijzigen
Het wijzigen van de temperatuur als het
apparaat werkt:
1. Druk op toets
pert.
2. Druk op de toets + of - om de tempera-
tuur te wijzigen.
2
Wanneer u een ovenfunctie instelt,
knippert het temperatuursymbool .
Het symbool geeft aan dat de temperatuur
in het apparaat toeneemt.
Wanneer het apparaat de ingestelde tem-
peratuur heeft bereikt, weerklinkt er een
geluidsignaal en houdt het symbool van de
temperatuur op met knipperen.
Applicatie
. Het symbool ° knip-
35