Als de telefoon overgaat, beantwoordt het antwoordapparaat de oproep na het ingestelde aantal belsignalen.
De door u ingesproken tekst wordt afgespeeld. De printer controleert ondertussen de telefoonlijn en "luistert"
of er in de oproep ook faxtonen te horen zijn. Indien inkomende faxtonen worden gedetecteerd, geeft de
printer tonen voor faxontvangst af en wordt de fax ontvangen. Als er geen faxtonen zijn, stopt de printer met
het bewaken van de lijn en kan uw antwoordapparaat een bericht opnemen.
Als u op dezelfde telefoonlijn telefoneert, faxt en een DSL-computermodem hebt, volg dan deze aanwijzingen
om de fax te installeren.
Als u problemen heeft met het installeren van extra apparatuur op de printer, neem dan contact op met uw
lokale serviceprovider of verkoper voor hulp.
Situatie K: Gedeelde lijn voor gespreks- en faxoproepen met een computermodem
voor inbellen en voicemail
Stel de printer in volgens de instructies in dit gedeelte als u op dezelfde lijn gespreks- als faxoproepen
ontvangt, terwijl u tegelijkertijd een computermodem voor inbellen hebt aangesloten en een voicemailservice
van uw telefoonmaatschappij hebt ingesteld.
OPMERKING: Als u een voicemailservice hebt op hetzelfde telefoonnummer dat u voor faxen gebruikt, kunt
u niet automatisch faxen ontvangen. U moet de faxen handmatig ontvangen, wat betekent dat u zelf
aanwezig moet zijn om binnenkomende faxoproepen te beantwoorden. Als u uw faxen liever automatisch
ontvangt, neemt u contact op met uw telefoonmaatschappij voor een abonnement op een service voor
specifieke belsignalen of om een aparte telefoonlijn aan te vragen voor het faxen.
Aangezien de computermodem de telefoonlijn deelt met de printer, kunt u de modem en de printer niet
gelijktijdig gebruiken. U kunt bijvoorbeeld niet de printer gebruiken om te faxen terwijl u de computermodem
gebruikt om een e-mailbericht te verzenden of te surfen op internet.
Afhankelijk van het aantal telefoonpoorten op de computer zijn er twee verschillende manieren waarop u de
printer kunt instellen. Controleer voordat u begint of uw computer over één of twee telefoonpoorten beschikt:
Als uw computer slechts één telefoonpoort heeft, moet u een parallelle splitter (coupler) aanschaffen,
●
zoals in de volgende afbeelding wordt getoond. (Een parallelle splitter heeft een RJ-11-poort aan de
voorkant en twee RJ-11-poorten aan de achterkant. Gebruik geen telefoonsplitters voor twee lijnen,
seriële splitters of parallelle splitters met twee RJ-11-poorten aan de achterzijde.)
Afbeelding B-15 Voorbeeld van een parallelle splitter
Als de computer is voorzien van twee telefoonpoorten, kunt u de printer als volgt configureren:
●
162 Bijlage B Bijkomende faxinstallatie
NLWW