Inhoudsopgave
Advertenties
Kenmerken en technische gegevens
1.6.3 Ingangen van de contactaanvraag
Afhankelijk van de actieve ingangen en of de bijgeleverde ka-
mertemperatuursonde al dan niet ingeschakeld is (standaard),
worden de in de volgende tabellen 1.1 p. 22 en 1.2 p. 22
beschreven functies verkregen.
Tabel 1.1 Beschikbare functies op basis van de status van contactin-
gangen met ingeschakelde kamertemperatuursonde
Ingang "VENT."
Ingang "HEAT."
open
gesloten
open of gesloten
Tabel 1.2 Beschikbare functies op basis van de status van contactin-
gangen met uitgeschakelde kamertemperatuursonde
Ingang "VENT."
Ingang "HEAT."
open
gesloten
open
gesloten
Concreet, dankzij de aanwezigheid van de meegeleverde om-
gevingssonde, die standaard ingeschakeld is, zal de gaslucht-
verhitter, wanneer "HEAT. " het contact wordt gesloten, bij ver-
warming werken in modulatie, ongeacht de toestand van het
contact "VENT. " .
Om de werking op twee vermogensniveaus te verkrijgen, is het
nodig de sonde voor de kamertemperatuur uit te schakelen, pa-
rameter P45 op waarde 0 te zetten (paragraaf 5.4 p. 49 ), en
dus af te zien van de modulatie van het verwarmingsvermogen,
en op dat moment is het mogelijk om de twee vermogensni-
veaus te beheren via de contactverzoekingangen, zoals hierbo-
ven beschreven, of via een van de commando 's die een geau-
tomatiseerd beheer van de vermogensniveaus mogelijk maken
(OTRG005 thermoregulator met of zonder digitale chronother-
mostat OCDS008 en Genius-software voor afstandsbediening
OSWR000).
1.6.4 Automatische destratificatiefunctie
In de bedrijfsmodi waarin de verwarmingsdienst is gebaseerd
op de omgevingstemperatuur (gemeten rechtstreeks vanaf de
omgevingssonde die is aangesloten op de gasluchtverhitter) is
het mogelijk om het automatische oprichtbeheer te activeren
door de oprichttemperatuursonde te installeren, de parameter
P46 in te stellen op de waarde 1 (paragraaf 5.4 p. 49 ) en de pa-
rameters in te stellen met betrekking tot het minimum tempe-
ratuurverschil waarboven de gestratificeerde warmte bruikbaar
is (P80, paragraaf 5.4 p. 49 ) en de maximale oprichttijd (P81,
paragraaf 5.4 p. 49 ).
De werking bij het oprichten wordt geactiveerd wanneer een
omgevingstemperatuur lager dan het instelpunt wordt gede-
tecteerd en de gasluchtverhitter via de oprichtingssonde de-
tecteert dat er voldoende gestratificeerde warmte is om te ge-
bruiken in plaats van de gasluchtverhitter voor verwarming te
starten.
In de oprichtmodus schakelt de gasluchtverhitter alleen de ven-
tilatoren in en houdt de brander uit totdat er voldoende gestra-
tificeerde warmte is om te gebruiken of de maximale oprichttijd
is verstreken, waarna als de omgevingstemperatuur nog steeds
onvoldoende is, de oprichtfunctie wordt onderbroken en de
brander wordt gestart voor de normale verwarmingsfunctie.
22
Werking
open
uit
open
ventilatie
gesloten
modulerende verwarming
Werking
open
uit
open
ventilatie
gesloten
verwarming op minimaal vermogen
gesloten
verwarming op maximaal vermogen
Bij afwezigheid van de MODBUS-OCDS015-afstandsbediening
of een generieke MODBUS-controller die de deactivering van de
oprichtingsfunctie beheert, is het nodig om de parameter P46
op de waarde 0 in te stellen om de functie te deactiveren.
1.7
BESTURINGEN
1.7.1 Besturingsinrichting
Het toestel kan alleen werken als het op een besturingsinrich-
ting is aangesloten, te kiezen uit:
1. Modbus OCDS015-afstandsbediening
2. Generieke Modbus-controller
3. OCDS012 Basiscommando met 1 toets
4. OCDS016 basiscommando met 2 toetsen
5. Temperatuurregelaar OTRG005
6. Digitale chronothermostaat OCDS008 (alleen als gecombi-
neerd met temperatuurregelaar OTRG005)
7. Genius software voor afstandsbediening van OSWR000 ge-
neratoren (alleen als gecombineerd met temperatuurrege-
laar OTRG005)
8. Externe vrijgave
1.7.2 Modbus OCDS015-afstandsbediening
De OCDS015-afstandsbediening is een optioneel bedieningsap-
paraat met een kleurenaanraakscherm dat het gecentraliseerde
beheer van de gasluchtverhitters mogelijk maakt Next-G, tot
een maximum van 30 gasluchtverhitters ook verdeeld over een
maximum van 6 zones.
De belangrijkste functies zijn:
Geplande in-/uitschakeling van de gasluchtverhitters, tot
▶
een maximum van 30.
Mogelijkheid om de aangesloten gasluchtverhitters op te
▶
splitsen in meerdere zones, tot een maximum van 6, elk met
een eigen setpoint, bedrijfsmodus en uurprogrammering.
Beheer van de automatische destratificatie.
▶
Instelling van de zomerverwarmings- en ventilatietempera-
▶
tuur.
Antivriesfunctie.
▶
Activering van de zomerventilatiemodus.
▶
Centrale besturing met touch interface.
▶
Diagnose.
▶
Mogelijkheid tot interface met een GBS.
▶
Mogelijkheid tot tijdelijke uitsluiting van de werking van een
▶
of meer eenheden.
1.7.3 Generieke Modbus-controller
De gasluchtverhitters Next-G hebben de mogelijkheid om recht-
streeks te communiceren met een generieke Modbus-controller
waarop de registers die nodig zijn voor de besturing van de gas-
luchtverhitter zelf naar behoren zijn geconfigureerd.
Afhankelijk van de registers die op de Modbus-controller wor-
den beheerd, zijn de relatieve functies al dan niet beschikbaar
(inschakelen/uitschakelen van de gasluchtverhitter, kiezen van
de bedrijfsmodus, signalerings- en resetfouten, setpunt-instel-
ling, ...).
Het document dat de mapping en betekenis beschrijft
van de Modbus-registers die op de GEN10-kaart zijn ge-
implementeerd, is op aanvraag verkrijgbaar bij Robur
technische ondersteuning.
1
Advertenties
Inhoudsopgave
