Onderhoud
4.
Schroef één buitenplaat (105) los van de
membraanas (24). Verwijder één membraan (401)
en de binnenplaat (104). Zie Fig. 13.
OPMERKING: Sommige modellen hebben een PTFE–
membraan (403) naast het reserve membraan
(401).
5.
Trek het andere membraangedeelte en de membraanas
(24) uit de pompbehuizing (1). Houd de afgeplatte
as vast met een 19 mm steeksleutel en draai de
buitenplaat (105) van de as. Haal de rest van het
membraangedeelte uit elkaar.
6.
Inspecteer de membraanas (24) op slijtage of krassen.
Als de as beschadigd is, bekijk dan ook de lagers (19),
zonder ze te verwijderen. Als de lagers beschadigd zijn,
raadpleeg dan pagina 20.
7.
Steek O–ring–haakgereedschap in de middenbehuizing
(1), haak de U– vormige pakkingen (402) aan en trek ze
uit de behuizing. Dit is mogelijk zonder de lagers (19) te
verwijderen.
8.
Reinig alle onderdelen en controleer ze op slijtage of
beschadiging. Vervang zo nodig onderdelen.
18 819.0377
Opnieuw in elkaar steken
1.
Vet de U–vormige pakkingen van de as (402*) in en
plaats de U–vormige pakkingen (402*) van de as zo dat
de lippen uit de behuizing (1) wijzen. Zie Fig. 13.
2.
Vet de gehele membraanas (24) en ook de uiteinden in
en schuif de as door de behuizing (1).
3.
Monteer de binnenste membraanplaten (104), de
membranen (401*), de PTFE–membranen (403*, indien
aanwezig) en de buitenste membraanplaten (105) exact
zoals geïllustreerd in Fig. 13. Deze onderdelen moeten
correct in elkaar gezet worden.
4.
Breng middelsterk (blauw) LoctiteR of een gelijksoortig
middel aan op de schroefdraad van de platen aan de
vloeistofzijde (105). Houd een van de buitenplaten (105)
vast met een sleutel en draai de andere buitenplaat aan
tot 27 tot 34 NSm tot maximum 100 toeren per minuut.
Span niet te strak aan.
5.
Draai de vloeistofdeksels (101) en de middenbehuizing
(1) zo, dat de pijlen (A) op de deksels wijzen naar de
kant waar het luchtventiel (B) zit. Draai de deksels
handvast met de schroeven (106 en 112). De langste
schroeven (108) moeten in de bovenste en de onderste
gaten van de deksels vallen. Zie Fig. 12.
6.
Draai eerst met een inbussleutel van 13 mm de langere
schroeven (108) kruiselings en gelijkmatig aan tot
22–25 NSm. Draai dan de kortere schroeven (107) aan.
Zie Aandraaivolgorde op pagina 28.
7.
Zet de terugslagkleppen en spruitstukken weer in elkaar
zoals staat beschreven op pagina 16.