EEN REGENERATIE IN DE PARKEERSTAND
STARTEN
VOOR DE VEILIGHEID: Voordat u een actieve
regeneratie in de parkeerstand start, moet u
stoppen op een vlakke ondergrond in een
goed geventileerde open ruimte. Parkeer in
gebieden met weinig verkeer en uit de buurt
van voetgangers en andere machines. Niet
parkeren in de buurt van ontvlambaar stof of
ontvlambare materialen, gassen of
vloeistoffen. Niet binnen of in gesloten
ruimtes parkeren. Schakel de handrem in. Laat
de machine niet onbeheerd achter.
NB: Alle EDM (motordisplaymodule) foutcodes
moeten worden gewist voordat de machine in
regeneratie kan worden gezet. De EDM zal de
regeneratie niet toestaan wanneer er nog
foutcodes op het display staan.
1. Rijd de machine naar een veilig gebied om de
regeneratie in de parkeerstand te voltooien en
laat het gaspedaal los in de neutrale stand.
NB: Het richtingspedaal moet in de neutrale
positie blijven en alle veegfuncties moeten uit
blijven totdat de regeneratie is voltooid.
2. Druk op de zachte knop van de EDM onder
1350 RPM om de machine stationair te laten
draaien.
800 4F Diesel 9015991 (2−2017)
3. Schakel de parkeerrem in. Het
parkeerrempictogram op de EDM zal
oplichten.
4. Lees en volg de instructies op de EDM.
5. Druk op de zachte knop onder DPF
Commands (DPF-opdrachten) om de
opdracht Un-Inhibit Regen (Regeneratie
reactiveren) uit te voeren.
6. Selecteer Un-Inhibit Regen uit het menu.
ONDERHOUD
55