7.5
INSTRUCTIES VOOR HET WERK AAN LAADKADES
Een incorrect gebruik van de laadklep kan leiden tot beschadiging, voortijdige slijtage of een storing van de laadklep en verhoogt het
risico op ernstig lichamelijk letsel of de dood van de operator en omstanders.
Om een maximale duurzaamheid en de betrouwbaarheid van de laadklep op lange termijn te garanderen en de operators en
omstanders te beschermen tegen een ernstig lichamelijk letsel of de dood, moet de operator de onderstaande laadinstructies en
veilige werkprocedures naleven.
Wanneer het platform van de laadklep gebruikt wordt als overrijdplaat tussen de laadvloer van het voertuig en de laadkade dienen de
volgende instructies opgevolgd te worden:
OVERBELASTING
Het totale gewicht van de lading en het
heftoestel (heftruck, elektrische of handmatige
transpalletwagen enz.) mag het maximale
nominale hefvermogen van de laadklep niet
overschrijden. Pas op voor overbelasting.
Plaats kaderampen of overrijdplaten NOOIT op
een platform dat niet is ondersteund. De
platformpunt moet altijd minstens 15 cm voorbij
een stevige steunstructuur komen.
Wanneer u achteruit in een laadkade rijdt met een voertuig met een laadklep, zorg er dan ALTIJD voor dat er voldoende bodemvrijheid
is tussen het laagste deel van de laadklep en de grond.
Rijd ALTIJD traag achteruit en vermijd een harde botsing van de laadklep tegen de laadkade.
Achteruit rijden met onvoldoende bodemvrijheid of een te harde botsing tegen de laadkade kan ernstige schade veroorzaken aan de
laadklep.
DHOLLANDIA
WAARSCHUWING
Een minimale doorsnede van 15 cm van
het platformpunt moet op de laadkade
rusten.
Min. 20 cm
Wanneer de laadkade is uitgerust met een opbergvak voor laadklepplatformen, is het
aangewezen om het platform daar ook in weg te steken. Controleer, alvorens u
achteruit in de laadkade rijdt, of dit diep genoeg is voor de diepte van het platform.
Vergewis u ervan dat er voldoende vrije ruimte is boven en onder het platform, waarbij
u rekening houdt met alle mogelijke verplaatsingen in de ophanging van het voertuig.
Zorg ervoor dat het platform niet in contact is met het plafond, de grond of de
achterwand van het opbergvak.
OPMERKING
23
Min. 15 cm
Bij het laden of lossen kan het zijn dat de
laadvloer van het voertuig zich lager of
hoger dan de laadkade bevindt. Kantel het
platform
met
bedieningselementen zodat dit plat op de
laadkade blijft liggen.
Min. 20 cm
Min. 20 cm
de
elektrische