26
3. Verwijder de duurzame koolstoffilters
door de handgreep vast te pakken.
4. Zet de filtereenheid na reiniging weer
in elkaar:
a. Schuif de duurzame koolstoffilters
in het kapsysteem langs de
ingebouwde geleiders.
b. Plaats de vetfilterbehuizing terug.
c. Plaats het raster weer op.
De vetfilters en de
vetfilterbehuizing reinigen
1. Was de vetfilterbehuizing met de
vetfilters voorzichtig in warm water met
een mild reinigingsmiddel, vervolgens
spoel je ze af met warm water. Je kunt
indien nodig een zachte spons, een
zachte doek of een niet-schurende
reinigingsborstel gebruiken om
voedselresten te verwijderen.
Was de vetfilters en de
vetfilterbehuizing in de vaatwasser op
elke standaardcyclus.
Afhankelijk van het type
wasmiddel en het aantal
vaatwascycli kan er op
natuurlijke wijze enige
verkleuring op het gaas
optreden. Dit heeft geen
invloed op de prestaties
van het vetfilter.
Het wordt afgeraden om papieren
handdoeken te gebruiken bij het
reinigen/drogen van de
filtercomponenten.
2. Laat het enige tijd drogen op
kamertemperatuur.
3. Plaats de vetfilterbehuizing met de
vetfilters terug in de behuizing.
4. Als de melding
kort op
om de teller te resetten.
De teller wordt opnieuw gestart.
De koolstoffilters met lange
levensduur reinigen
1. Was de filters handmatig in warm
water zonder reinigingsmiddelen.
Reinigingsmiddelen kunnen de
koolstoffiltratie beschadigen. Je kunt
indien nodig een zachte spons, een
zachte doek of een niet-schurende
reinigingsborstel gebruiken om
voedselresten te verwijderen. Als
alternatief kun je, na het verwijderen
van het grovere vuil van de filters, de
filters ook wassen in een vaatwasser
op 65-70 °C (met een programma dat
langer is dan 90 min), zonder
wasmiddelen en zonder vaat in
dezelfde lading.
2. Laat de filter 's nachts drogen bij
kamertemperatuur. De filters moeten
volledig worden gedroogd voordat het
weer in elkaar wordt gezet.
3. Zet de filtereenheid weer in elkaar en
plaats deze terug.
knippert, drukt u