7|Gebruik
7
OPMERKING
46 | BA 75
7 Gebruik
| 7
7.1 Algemene vereisten
Een rollager mag maximaal tot +120 °C (+248 °F) worden verwarmd. Een preci-
sielager mag maximaal tot +70 °C (158 °F) worden verwarmd. Hogere tempera-
turen kunnen van invloed zijn op de metallurgische structuur en smering, wat
kan leiden tot instabiliteit en storingen.
7.2 Beschermende maatregelen nemen
Voer de volgende beschermende maatregelen uit voordat u de generator in
gebruik neemt:
1. Markeer de gevarenzone en zet deze af in overeenstemming met de alge-
mene veiligheidsvoorschriften u8|2.
2. Reinig het te verhitten werkstuk om rookontwikkeling te voorkomen.
3. Rook of damp die bij het verhitten ontstaat, mag niet worden ingeademd.
Er moet een geschikte afzuiginstallatie worden geïnstalleerd als er tijdens
het verhitten rook of damp vrijkomt.
4. Draag hittebestendige veiligheidshandschoenen tot +250 °C.
5. Draag veiligheidsschoenen.
7.3 Steunjuk, zwenkjuk of staand juk selecteren
Als een werkstuk een kleinere binnendiameter heeft dan de pooldwarsdoor-
snede, wordt een juk met een kleinere dwarsdoorsnede gebruikt.
Bij gebruik van een staaf met een kleinere dwarsdoorsnede dan de pooldoor-
snede van de U-vormige kern, kan de verhitter niet met vol vermogen verhit-
ten. Kies altijd een staaf die de binnendiameter van het lager zo ver mogelijk
vult. Het is ook mogelijk om 2 steunjukken op elkaar te plaatsen u51|q41.
De inductieverhitter kan dan sneller en gelijkmatiger verhitten.
Vallen of stoten
Beschadiging van het steunjuk, zwenkjuk of staand juk
▸
Het juk of de jukken moeten onmiddellijk na gebruik worden opgeborgen.
|
|
|
Schaeffler