INSTaLLaTIE
Ingebruikname
10.3 Elektriciteit aansluiten
GEVAAR Elektrische schok
Voer alle werkzaamheden voor elektriciteitsaansluitin-
gen en montage uit conform de voorschriften.
GEVAAR Elektrische schok
Zorg ervoor dat het toestel is aangesloten op de aard-
leiding.
Het toestel moet op alle polen met een afstand van min-
stens 3 mm van de aansluiting van het net kunnen wor-
den losgekoppeld.
GEVAAR Elektrische schok
De toestellen worden geleverd met een elektrische aan-
sluitkabel (EIL 3 Plus met stekker).
Een aansluiting op een vaste elektrische leiding is mo-
gelijk, als die minstens dezelfde diameter heeft als de
standaardaansluitkabel. De maximale kabeldoorsnede
bedraagt 3 x 6 mm².
Materiële schade
!
Zorg er bij aansluiting op een geaard stopcontact (bij
toepassing van een elektrische aansluitkabel met stekker)
voor dat het geaarde stopcontact na installatie van het
toestel vrij toegankelijk is.
www.stiebel-eltron.com
Materiële schade
!
Houd rekening met de specificaties op het typeplaatje.
De aangegeven spanning moet overeenkomen met de
netspanning.
f Sluit de elektrische aansluitkabel conform het elektriciteits-
schakelschema aan (zie het hoofdstuk "Technische gege-
vens / elektriciteitsschakelschema").
11. Ingebruikname
11.1 Eerste ingebruikname
f Vul het toestel en tap meerdere keren water af via de kraan
tot het leidingnet en het toestel luchtvrij zijn.
f Voer een dichtheidscontrole uit.
f Steek de stekker van de elektrische aansluitkabel, als die is
toegepast, in het geaarde stopcontact of schakel de zekering
in.
f Controleer de werkmodus van het toestel.
EIL Plus |
57