5.4
Instellen van de bestuurdersstoel
5.4.1 Isri-bestuurdersplaats
(1) Met de hendel (5-9/1) de helling van de rugleuning
instellen of rugleuning omklappen.
(2) Trek de hendel (5-9/3) omhoog, om zithoogte en
hellingsniveau van de achterkant van de stoel in te stellen.
(3) Trek de hendel (5-9/4) omhoog om zithoogte en
hellingsniveau van de voorkant van de stoel in te stellen.
(4) De vering van de stoel kan met het wieltje (5-10/1) aan
het gewicht van de bestuurder (40 ... 130 kg) aangepast
worden.
(5) Stel met behulp van de draaiknop (5-9/2) de hoogte van
de armleuning in.
(6) Eventueel positie van de bedieningshendel voor werk-
en extra hydrauliek opnieuw bepalen (4-9/4).
(7) De bestuurdersstoel kan door het omhoogtrekken
van de beugel (5-10/2) en het gelijktijdig naar voren of naar
achteren schuiven van de stoel horizontaal aan de been-
lengte van de bestuurder worden aangepast.
5.4.2 Grammer-bestuurdersplaats
(1) Gewichtsinstelling:
Het gewicht van de bestuurder moet bij onbelaste bestuur-
dersstoel door draaien van de gewichtsinstelhendel ingesteld
worden. Het ingestelde bestuurdersgewicht kan in
hetvenstertje afgelezen worden (5-11).
S220/S221/S230/S231/Z200
Afbeelding 5-9
1
2
Afbeelding 5-10
Afbeelding 5-11
Bediening
1
2
3
4
5-9
5