● Smeer alle bewegende delen goed in
met olie of vet.
● Schroef de bougie eruit (zie
gebruiksaanwijzing verbrandingsmotor)
en giet ca. 3 cm³ motorolie in de
bougieboring in de verbrandingsmotor.
Laat de verbrandingsmotor een paar
keer zonder bougie doordraaien (aan
de startkabel trekken).
Brandgevaar!
Houd de bougiestekker wegens
ontstekingsgevaar uit de buurt van
de bougieopening.
● Bougie terug inschroeven (zie
gebruiksaanwijzing
verbrandingsmotor).
● Ververs de olie (zie gebruiksaanwijzing
verbrandingsmotor).
● Dek de verbrandingsmotor goed af en
bewaar het apparaat in normale stand.
13. Transport
13.1 Motorhak transporteren
Kans op letsel!
Houd u aan de
veiligheidsinstructies in het
hoofdstuk "Voor uw veiligheid"
(
4.), met name de paragraaf
"Transport" (
4.4).
Voor het transport de
verbrandingsmotor uitschakelen,
bougiestekker uittrekken en de
gepaste veiligheidskledij dragen
(veiligheidsschoenen,
handschoenen, overall, de handen
en benen bedekt).
Let op het gewicht! (
0478 403 9901 C - NL
1 Motorhak trekken of duwen:
● De remsteun in de hoogste stand
zetten. (
● Transportonderstel uitklappen.
(
11.4)
● Motorhak aan de beide handgrepen (1)
vasthouden en naar achter kantelen,
totdat het apparaat op de
transportwielen staat.
● Motorhak langzaam (stapvoets)
trekken of duwen.
Op gladde en effen ondergrond wordt
het apparaat geschoven, op oneffen
ondergrond beter getrokken.
Kans op letsel!
Vanwege het hoge gewicht van het
apparaat is bij niveauverschillen,
stoepranden, terrassen, trappen en
andere verhogingen bijzondere
voorzichtigheid geboden.
De gebruiker moet zich steeds
boven het apparaat bevinden, om
in geval van controleverlies over
het apparaat niet overrold te
worden – d.w.z. het apparaat op
verhogingen en bergafwaarts naar
onder schuiven of omhoogtrekken.
Duw of trek het apparaat over
31
maximaal 2 tot 3 treden! Draag in
geval van meer treden de motorhak
met behulp van een tweede
persoon.
2 Motorhak optillen of dragen:
● controleren of het bovenstuk duwstang
stevig vastzit.
● Motorhak tenminste met twee optillen of
dragen en altijd voldoende afstand
bewaren tot de stervormige
hakmessen.
Aangrijppunten:
draaggrepen (1) en handgreep (2)
18.)
11.5)
3 Motorhak op een laadoppervlak
transporteren:
● motorhak altijd staand transporteren –
op transportloopwerk en stervormige
hakmessen. Leg het apparaat nooit op
de zijkant.
● Omwille van de veiligheid het
transportonderstel uitklappen (
en stervormige hakmessen monteren
(
7.7), (
7.8)
● Motorhak tegen verschuiven beveiligen
en met koorden of gordels op het
laadvlak verankeren.
Verankeringspunten:
as transportonderstel (3) en as
stervormig hakmes (4).
14. Milieubescherming
De verpakkingen, het apparaat
en de accessoires zijn met
recycleerbaar materiaal
gefabriceerd en moeten
overeenkomstig worden
verwerkt.
Door materiaalresten gescheiden en
milieubewust te verwerken, ondersteunt u
de recyclage van waardevolle stoffen.
Daarom moet het apparaat na afloop van
de gebruikelijke levensduur als bijzonder
afval worden verwerkt.
14.1 Afvoer
Oude olie (motorolie, transmissie-olie) en
brandstof steeds vakkundig afvoeren.
Maak de verbrandingsmotor onklaar
voordat u het apparaat als afval afvoert.
Verwijder daartoe de bougiekabel, de tank
ledigen en motorolie aftappen.
11.4)
95