Advertenties
1. REAR VIEW MONITOR-SYSTEEM
3. BELANGRIJKE INFORMATIE
ALS U BEPAALDE VERSCHIJNSELEN OPMERKT
Als u een van de volgende verschijnselen opmerkt, raadpleeg dan de mogelijke
oorzaak en de oplossing en controleer opnieuw.
Is het symptoom door de oplossing nog niet verdwenen, laat dan de auto con-
troleren door een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere
naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
Symptoom
Het beeld is niet goed te zien
Het beeld is wazig
Het beeld is niet recht
180
Waarschijnlijke oorzaak
• De auto bevindt zich in een
donkere omgeving
• De temperatuur rondom de
lens is hoog of laag
• De buitentemperatuur is
laag
• Er zitten waterdruppels op
de camera
• Het regent of is vochtig
• Er zitten verontreinigingen
(modder, enz.) op de
camera
• Zonlicht of koplampen van
andere auto's schijnt/schij-
nen rechtstreeks in de
camera
• De auto bevindt zich onder
fluorescerende lampen,
natriumlampen, kwiklam-
pen, enz.
Er zit(ten) vuil of verontreini-
gingen (zoals waterdruppels,
sneeuw, modder, enz.) op de
camera.
De camera of de omgeving
ervan is aan een krachtige
schok blootgesteld.
Oplossing
Rijd achteruit terwijl u de om-
geving van de auto visueel
controleert. (Gebruik de mo-
nitor weer als de omstandig-
heden verbeterd zijn.)
De procedure voor het afstel-
len van de beeldkwaliteit van
het Rear View Monitor-sys-
teem is gelijk aan de procedu-
re voor het afstellen van het
scherm. (→Blz. 135)
Spoel de camera af met een
grote hoeveelheid water en
veeg de lens af met een zach-
te, natte doek.
Laat de auto nakijken door
een erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwa-
lificeerde en uitgeruste des-
kundige.
Advertenties
Hoofdstukken
Probleemoplossen
