DE CAMERA
De camera van het Rear View Monitor-
systeem is bevestigd zoals aange-
geven in de afbeelding.
GEBRUIK VAN DE CAMERA
Als er vuil of verontreinigingen (zoals
waterdruppels, sneeuw, modder, enz.)
op de camera zit, kan deze geen dui-
delijk beeld overbrengen. Spoel hem in
dit geval af met een grote hoeveelheid
water en veeg de cameralens af met
een zachte, natte doek.
1. REAR VIEW MONITOR-SYSTEEM
OPMERKING
●
Mogelijk werkt het Rear View Monitor-
systeem in de volgende gevallen niet
goed.
• Als de achterzijde van de auto aan
schokken wordt blootgesteld, kan de
stand van de camera veranderen.
• De camera is waterdicht afgesloten.
Verwijder, demonteer of wijzig hem
daarom niet. Anders kan hij onjuist
gaan werken.
• Spoel de camera af met een grote hoe-
veelheid water en veeg de lens af met
een zachte, natte doek. Wrijf niet te
hard over de cameralens. Als er kras-
sen op de cameralens zitten, kan deze
geen duidelijk beeld overbrengen.
• Zorg ervoor dat er geen organische
oplosmiddelen, autowas, ruitenreini-
ger of ruitencoating op de lens terecht-
komt. Verwijder dergelijke stoffen zo
snel mogelijk van de lens als dit
gebeurt.
• Bij een snelle temperatuurverandering,
bijvoorbeeld wanneer bij koud weer
heet water op de auto wordt gegoten,
kan het zijn dat het systeem niet goed
werkt.
• Stel de camera of de omgeving van de
camera tijdens het wassen van de auto
niet bloot aan sterke waterstralen.
Hierdoor kunnen storingen optreden in
de camera.
●
Stel de camera niet bloot aan een krach-
tige schok, omdat anders een storing
kan optreden. Laat, als dit gebeurt, de
auto nakijken door een erkende Toyota-
dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde en
uitgeruste deskundige.
7
175