5 Installatie
▶
Sluit de veiligheidsklep (door de installateur te plaatsen)
(1) aan.
Aanwijzing
Neem bij de keuze van de veiligheidsklep (als
toebehoren verkrijgbaar) de max. bedrijf van
de CV-installatie in acht.
5.4
Elektrische installatie
De elektrische installatie mag alleen door een elektromon-
teur worden uitgevoerd.
Gevaar!
Levensgevaar door elektrische schok!
Ook bij uitgeschakelde aan-/uitknop staat er
nog stroom op de netaansluitklemmen L en
N:
▶
Schakel de stroomtoevoer uit.
▶
Beveilig de stroomtoevoer tegen opnieuw
inschakelen.
5.4.1
Schakelkast openen/sluiten
5.4.1.1 Schakelkast openen
2
1
1.
Demonteer de frontmantel. (→ Pagina 15)
2.
Klap de schakelkast (1) naar voren.
3.
Maak de clips (3) uit de houders los.
4.
Klap het deksel (2) omhoog.
5.4.1.2 Schakelkast sluiten
1.
Sluit het deksel (2) door het naar onderen op de scha-
kelkast (1) te drukken.
2.
Let erop dat alle clips (3) hoorbaar in de houders vast-
klikken.
3.
Klap de schakelkast naar boven.
5.4.2
Stroomvoorziening tot stand brengen
Opgelet!
Risico op materiële schade door te hoge
aansluitspanning!
Bij netspanningen boven 253 V kunnen elek-
tronische componenten vernietigd worden.
20
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
8.
9.
5.4.3
3
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
8.
9.
10. Steek de ProE-stekker in de bijbehorende stekkerplaats
11. Beveilig de kabel met de snoerontlastingen in de scha-
Installatie- en onderhoudshandleiding Thema CONDENS 0020151748_05
▶
Zorg ervoor dat de nominale spanning van
het stroomnet 230 V (+10%/-15%) ~ 50Hz
bedraagt.
Neem alle geldende voorschriften in acht.
Open de schakelkast. (→ Pagina 20)
Sluit het product via een vaste aansluiting en een schei-
dingsinrichting met minstens 3 mm contactopening
(bijv. zekeringen of vermogensschakelaar) aan.
Gebruik voor de voedingsleiding, die door de kabel-
doorvoer in het product geleid wordt, een flexibele lei-
ding.
Voer de bedrading uit. (→ Pagina 20)
Neem het bedradingsschema (→ Pagina 58) in acht.
Schroef de bijgeleverde ProE-stekker aan een
geschikte, flexibele, genormeerde drieaderige
netaansluitkabel.
Sluit de schakelkast. (→ Pagina 20)
Zorg ervoor dat de toegang tot de netaansluiting altijd
gegarandeerd is en niet afgedekt is.
Bedrading uitvoeren
Opgelet!
Risico op materiële schade door ondes-
kundige installatie!
Netspanning aan verkeerde stekkerklemmen
van het systeem ProE kan de elektronica
vernietigen.
▶
Sluit aan de klemmen eBUS (+/−) geen
netspanning aan.
▶
Klem de netaansluitkabel uitsluitend op de
daarvoor gemarkeerde klemmen aan!
Leid de aansluitleidingen van de aan te sluiten compo-
nenten door de kabeldoorvoer aan de onderkant van
het product.
Gebruik de bijgeleverde snoerontlastingen.
Verkort de aansluitleidingen indien nodig.
Om kortsluitingen bij het per ongeluk loskomen van een
draad te vermijden, ontmantelt u de buitenste omhulling
van flexibele leidingen slechts maximaal 30 cm.
Zorg ervoor dat de isolatie van de binnenste draden
tijdens het ontmantelen van de buitenste omhulling niet
beschadigd wordt.
Isoleer de binnenste draden slechts zodanig dat goede,
stabiele verbindingen tot stand gebracht kunnen wor-
den.
Om kortsluitingen door losse draden te vermijden, dient
u de geïsoleerde einden van de draden van draadeind-
hulzen te voorzien.
Schroef de betreffende ProE-stekker aan de aansluitlei-
ding.
Controleer of alle draden mechanische vast in de stek-
kerklemmen van de ProE-stekker zitten. Corrigeer evt.
van de printplaat.
kelkast.