Aanwijzingen voor de gebruiker
4.1.6 Warmtebescherming van de elektronische kaart
Het toestel heeft een mechanisme dat voortdurend de temperatuur van
de elektronische kaart meet.
Wanneer de temperatuur een bepaalde waarde overschrijdt, activeert het
mechanisme bepaalde functies om de temperatuur te verlagen zodat de
glaskeramische plaat correct kan blijven werken.
Hier volgt een tabel met handelingen die automatisch geactiveerd worden,
met de relatieve begintemperatuur:
Inschakeling ventilator met lage snelheid
Inschakeling ventilator met hoge snelheid
Retour van de ventilator met lage snelheid
Uitschakeling van de ventilator
Vermindering werkingsvermogen van Power naar 9
Vermindering van het vermogen met één punt voor
iedere kookzone
Uitschakeling van alle kookzones
Herontsteking van de kookzones op verminderd
vermogen
Normale werking van alle kookzones
Elke ingreep van dit type wordt op de kookplaat aangeduid door een
k
nippering van de vermogensdisplays.
4.1.7 Warmtebescherming van de glaskeramische plaat
Het toestel heeft een mechanisme dat voortdurend de temperatuur van
de elektronische kaart meet.
Wanneer de temperatuur een bepaalde waarde overschrijdt, activeert het
mechanisme bepaalde functies om de temperatuur te verlagen zodat de
glaskeramische plaat correct kan blijven werken.
Hier volgt een tabel met handelingen die automatisch geactiveerd worden,
met de relatieve begintemperatuur:
Vermindering werkingsvermogen van Power naar 9
Vermindering van het vermogen met één punt
Uitschakeling van de kookzone
Terugkeer van het vermogen naar de ingestelde
waarde
82
Handeling
Handeling
Temperatuur van
de ingreep
50 °C
60 °C
55 °C
45 °C
76 °C
85 °C
90 °C
85 °C
80 °C
Temperatuur van
de ingreep
250 °C
280 °C
300 °C
250 °C