Uitvoering van de contactspanningsmeting
Selecteer met de functiekeuzeschakelaar de schakelstand RCD.
Stel de subfunctie in op Uc.
Stel de testparameters in.
Breng de testdraden in contact met het testobject (zie afbeelding 5.17).
Druk op de toets TEST om de meting te starten.
Sla het meetresultaat op door op de toets MEM te drukken (optioneel voor IT 130).
De weergegeven contactspanning heeft betrekking op de nominale verschilstroom van de
aardlekschakelaar en wordt om veiligheidsredenen vermenigvuldigd met een factor. De
factor 1,05 wordt gebruikt om een negatieve tolerantie van het resultaat te vermijden. Tabel 5.1
beschrijft de berekening van de contactspanning.
Berekening van de aanraakspanning voor IT 115
RCD-type
AC
AC
A, F
A, F
A, F
A, F
Tabel 5.1: Verband tussen Uc en I
Berekening van de aanraakspanning voor IT 130
RCD-type
AC, EV/MI
(AC-deel)
AC
A, F
A, F
A, F
A, F
EV/MI
(AC-deel)
B, B+
B, B+
Tabel 5.2: Verband tussen Uc en I
De lusweerstand is een zuiver indicatieve waarde en wordt op basis van de contactspanning
berekend (zonder bijkomende proportionele factoren):
Weergegeven resultaten:
Uc ........ Contactspanning
RL ........ Lusweerstand (foutlusweerstand)
BENNING IT 115 / IT 130
Contactspanning Uc
proportioneel t.o.v.
1,05×I
2×1,05×I
1,4×1,05×I
2×1,4×1,05×I
2×1,05×I
2×2×1,05×I
(IT 115)
∆
N
Contactspanning Uc
proportioneel t.o.v.
1,05×I
2×1,05×I
1,4×1,05×I
2×1,4×1,05×I
2×1,05×I
2×2×1,05×I
1,05×I
2×1,05×I
2×2×1,05×I
(IT 130)
∆
N
Afbeelding 5.18: Voorbeeld contactspanningsmeting
nominale waarde
∆N
∆N
∆N
∆N
∆N
∆N
nominale waarde I
∆N
∆N
∆N
∆N
∆N
∆N
∆N
∆N
∆N
U
R
=
C
L
I
.
∆
N
46
I
∆N
alle
≥ 30 mA
<30 mA
∆N
alle
≥ 30 mA
<30 mA
30 mA
alle
5260 / 01/2023 nl