Inhoudsopgave
Advertenties
B
A
EDIENING
LBATROS
19.4
Rij-instructies: wenden op de
wendakker
Afhankelijk van de breedte van de wendakker zijn
twee wendmethoden mogelijk.
Wenden 1: trekker met ploeg in een halve cirkel rijden
Bij brede wendakkers.
1
Wenden 2: trekker met ploeg achteruit rijden.
Bij smalle wendakkers.
1
INSTRUCTIES
•
trekker stilstaat of vooruit rijdt.
•
heeft wenden 1 altijd de voorkeur.
19.5
Bedrijfsveiligheid bij een helling
De bedrijfsveiligheid van de machine moet bij
werkzaamheden dwars op de helling in de rijrichting
links en rechts alsook helling op- en neerwaarts tot
een schuinte van maximaal 20° worden gewaarborgd.
INSTRUCTIES
De vermelding van de bedrijfsveiligheid
bij een helling heeft alleen betrekking
op de ploegfuncties en NIET op de
kantelveiligheid van de trekker-ploeg-
eenheid.
De kantelbeveiliging is afhankelijk van
de trekkeruitrusting. De waarborg van de
kantelbeveiliging ligt in elk geval bij de
verantwoording van de bestuurder van de
trekker.
- 76 -
V / S
A
UPER
LBATROS
Technische veranderingen voorbehouden
V
1 + 2
SERIE
20 I
NSTELLINGEN NA HET
AANPLOEGEN
Volgende instellingen worden in de onderstaande
hoofdstukken beschreven:
•
Werkdiepte instellen
•
Ploeg parallel aan de bodem uitlijnen78
•
Kanteling instellen79
20.1
Werkdiepte instellen
20.1.1
Instelinstructies
T
T = werkdiepte
De werkdiepte wordt afhankelijk van de
ploeguitrusting ingesteld via het pendelsteun- of
combiwiel (1
Na de werkdiepte moet de parallelliteit van de
ploeg met de bodem worden gecontroleerd.
20.1.2
Voorbereiding
Met de basisinstelling van de ploeg enkele
meters aanploegen.
Werkdiepte meten.
ploeg licht heffen.
1
9901.00.15NL02; 09/2016
Advertenties
Hoofdstukken
Inhoudsopgave
