7. SERVICE-MENU
Het Service-menu mag niet zonder meer toegankelijk zijn. Als de instellin-
gen zonder de benodigde vakkennis worden gewijzigd, kan ernstige schade
het gevolg zijn. Daarom is het Service-menu voorzien van een wachtwoord.
Het standaardwachtwoord is 1234. Dit kan met de cijferknoppen onder aan
het beeldscherm worden ingevoerd. Het wachtwoord kan worden gewijzigd
(zie 7.10).
Opmerking: wanneer het servicewachtwoord is ingevoerd, blijft het Ser-
vice-menu 30 minuten open zonder dat het wachtwoord opnieuw moet
worden ingevoerd.
7.1 STOOKPLA ATS
Hier wordt uit de vooraf ingestelde parametersets de bijpassende set voor
de te gebruiken stookplaats geselecteerd.
7.2 PARAMETERS
Hier kan iedere afzonderlijke Parameter van het eerder geselecteerde para-
meterrecord worden aangepast. Een beschrijving van de parameters vindt
u in hoofdstuk 10.
Er verschijnt een waarschuwing dat de parameters niet zonder
voldoende vakkennis gewijzigd mogen worden! Dit kan leiden tot
ernstig persoonlijk letsel en zware materiële schade.
Dit menu is opnieuw beschermd met een wachtwoord. Er wordt telkens een
willekeurig getal van 4 cijfers weergegeven. Bereken de controlesom op
basis hiervan en tel +1 erbij; dit is dan de toegangscode.
Voorbeeld: het willekeurige getal is 3804. De toegangscode is dan 3+8+0+4
= 15 plus 1 = 16.
7.3 MENU RELAIS
Hier selecteert u voor elk van de 3 relais de bijbehorende functies. Relais 1
wordt standaard gereserveerd voor de laadpomp van de accumulator (uit-
gang PUMP UT), maar er kunnen ook andere functies aan worden toegewe-
zen. De uitgang PUMP OUT is NIET potentiaalvrij en staat altijd onder
netspanning. Als er geen pomp is aangesloten, moeten om redenen
van isolatie toch de stekker en de kabeldoos zijn aangesloten.
Relais 2 en 3 zijn potentiaalvrij en zijn vrij te programmeren.
OPGELET: De gekozen relaisfuncties zijn ook actief wanneer de controller
in stand-by staat. Dat betekent dat de relais schakelen zodra aan hun scha-
kelvoorwaarden is voldaan, ongeacht of de stookplaats in werking is of niet.
Opmerking: het schakelvermogen van de relais bedraagt 5 ampère,
zodat alleen elektrische apparatuur tot circa 1100 Watt direct door
de NEO bestuurd kan worden. Bij hogere lasten moet een beveiliging
worden toegepast.
In het menu Relais kunnen de volgende functies worden geselecteerd:
Relais UIT: het relais is gedeactiveerd en schakelt nooit.
Verbranding: zolang de controller actief is, dat wil zeggen NIET in stand-by
staat, is dit relais aangetrokken. Daarmee kunt u bijv. een afzuigkap blok-
keren zolang de stookplaats in bedrijf is. Of een rookafzuiging inschakelen.
Thermostaat heet: als de ingestelde temperatuur wordt overschreden,
wordt het relais aangetrokken; het relais wordt weer uitgeschakeld wanneer
de ingestelde temperatuur verder is gedaald dan met de waarde van de
hysterese.
NL 22