Storingen en oplossen daarvan vervangen van onderdelen
5.4 Demontage van de stromings-
deler
Bij uitvoeringen met een stromingsdeler
moeten na iedere demontage van een stro-
mingsdeler de flenspakking (1.3) en de ver-
effeningspakking (1.4) worden vervangen.
Het aantal vereffeningspakkingen en daar-
mee de maat x moet worden bepaald bij
een nieuw geplaatste flenspakking (1.3):
Eerst maat A, dan maat B vaststellen.
Maat x resulteert uit A-B en moet worden
opgevuld met vereffeningspakkingen (0,5 ...
2 mm dik).
De max. samendrukking mag ca. 0,5 mm
bedragen.
Deksel
(1.3)
(1.4)
Spanelement
Behuizing
Stromingsdeler
ST3
ST1
Fig. 6 ⋅ Inbouw stromingsdeler
EB 8065 NL
13