Regel. stop ext.
De instelling voor REGEL. STOP EXT moet overeenstemmen met de penbezetting voor een extern apparaat dat een signaal
stuurt om de regelaar te stoppen, bijv. een flowbewakingsapparaat.
Voer de juiste instellingen uit in het REGEL. STOP EXT menu:
– N.O. (= normaal geopend) (= hoog)
– N.C. (= normaal gesloten) (= laag).
Wanneer een REGEL. STOP EXT optreedt, wordt het regelaarsymbool in het display doorgestreept en de melding EXTERN
REGEL STOP wordt weergegeven. Deze melding kan worden bevestigd m.b.v. [Esc]. (De regelaar blijft echter uit en het sym-
bool op het display blijft doorgestreept.)
Prop. bereik (XP) (met P, PI en PID karakter)
Met P karakter, is de gemanipuleerde variabele (doseervolume) proportioneel aan de systeemafwijking (verschil tussen actuele
waarde en setpoint). Stel het bereik in (van 0,1 tot 3000 %) in dit menu.
Nasteltijd (TN) (met P, PI en PID karakter)
De staprespons van de PI-regelaar bestaat uit twee delen: de gemanipuleerde variabele overeenkomstig XP en de mate waarin
deze toeneemt. De karakteristieke parameter voor de I-component, de integratietijd TN, kan worden afgelezen uit de betref-
fende grafiek. TN geeft de helling aan van de lijn en dus de mate waarin het regelsignaal toeneemt. Hoe hoger de waarde van
TN, des te langzamer de mate waarin het regelsignaal in de tijd toeneemt. Wanneer TN oneindig is, is er sprake van een puur
P-karakter.
Diff. tijd (TV) (met PID-karakter)
De differentiaalwerkingtijd TV is de karakteristieke parameter van een D-regelaar. Het is een maat van de weging van de mate
van verandering van de meetvariabele.
Doseerpomp > Slagverstelling
Voor de DDI 209 en de DDI 222 is de waarde 100 %, voor de DMI 208 en de DMX 221 moet de waarde van de slagverstelling
(slaglengte in procenten) worden ingesteld.
Wanneer het debiet relatief laag is, reduceer dan de slaglengte bij de mechanische doseerpomp DMI 208 of DMX 221. De
doseerpomp voert dan meer slagen uit met elk een kleiner doseervolume, de doseercapaciteit blijft hetzelfde. De chloordioxide
wordt dan gelijkmatiger verdeeld en produceert geen "wolken" in de hoofdleiding. De waarde van de slagverstelling die wordt
ingesteld in dit menu wordt gebruikt voor het berekenen van de gewenste slagfrequentie. Zie ook paragraaf 2.9.2.
Doseerpomp > Doseercapaciteit
Invoer van de maximale doseercapaciteit van de pomp. De maximale doseercapaciteit hangt af van het type pomp en het type
Oxiperm Pro. Normaal gesproken hoeft de fabrieksinstelling niet gewijzigd te worden.
Regelaarparameter (hangt af van de gekozen regelaar)
Parameter
Toegev. hoeveelh.
Inschakelduur
Setpoint
Doseercap.
Regel. stop ext.
Prop. bereik XP
Integratietijd TN
Diff. werking TV
Doseerpomp > Slagverstelling
DMI 3.0-10 met
OCD-162-5
DDI 5.5-10 met
OCD-162-5
DMI 6.0-8 met
OCD-162-10
DDI 5.5-10 met
OCD-162-10
Doseerpomp >
Doseercapaciteit
DMX 35-10 met
OCD-162-30
DDI 60-10 met
OCD-162-30
DMX 35-10 met
OCD-162-60
DDI 60-10 met
OCD-162-60
(* 1) Het instelbereik voor het setpoint komt overeen met het gespecificeerde meetbereik.
Zie paragraaf
5.8 Toekennen van meetbereik(en) (indien van
Bereik
Resolutie
0,00 - 1,00 mg/l
0,01 mg/l
0,1 - 10,0 s
0,1 s
(* 1)
0-100 %
N,C,/N,O,
0,1 - 3000,0 %
0,1 %
1-3000 s
0-1000 s
0-100 %
0-40 l/uur
0,1 l/uur
0-40 l/uur
0,1 l/uur
0-40 l/uur
0,1 l/uur
0-40 l/uur
0,1 l/uur
0-40 l/uur
0,1 l/uur
0-40 l/uur
0,1 l/uur
0-40 l/uur
0,1 l/uur
0-40 l/uur
0,1 l/uur
toepassing).
57 / 148
Fabrieksinstelling
0,20 mg/l
0,5 s
0,20 mg/l
1 %
100 %
N,O,
30 %
1 s
60 s
1 s
0 s
1 %
100 %
3,0 l/uur
2,3 l/uur
6,0 l/uur
5,0 l/uur
18,0 l/uur
18,0 l/uur
35,0 l/uur
36,0 l/uur
Uw waarde