Zodra de temperatuur van de processor tot een normaal niveau is gedaald,
wordt de ventilator uitgeschakeld en werkt de processor weer op de
standaardsnelheid.
Als de temperatuur van de processor bij een van beide instellingen een
onaanvaardbaar hoog niveau bereikt, wordt de computer automatisch
uitgeschakeld om beschadiging te voorkomen. In dat geval gaan alle niet-
opgeslagen gegevens in het geheugen verloren.
Gebruikershandleiding
4-57