Wanneer u de computer aanzet, wordt de monitor automatisch herkend en
wordt vastgesteld of het een kleuren- of monochrome monitor betreft. Als u
problemen ondervindt met het verkrijgen van beeld op de juiste monitor,
kunt u de functietoets gebruiken om de beeldscherminstellingen te wijzigen
(als u daarna de externe monitor loskoppelt voordat u de computer uitzet,
moet u nogmaals op de functietoets drukken om over te schakelen naar
het interne scherm).
Raadpleeg het gedeelte
wijzigen van de beeldscherminstelling met behulp van functietoetsen.
Als het bureaublad wordt weergegeven op een externe analoge monitor,
wordt dit soms in het midden van de monitor weergegeven met zwarte
balken rondom (in een klein formaat).
Raadpleeg in dat geval de handleiding van de monitor en stel een
weergavemodus in die door de monitor wordt ondersteund. Het bureaublad
wordt dan weergegeven op een geschikte grootte met de juiste hoogte-
breedteverhouding.
HDMI-apparaat
Op de HDMI -uit-poort van de computer kunt u een HDMI-beeldscherm
aansluiten. Als u een HDMI-apparaat wilt aansluiten, voert u de volgende
stappen uit:
Aangezien de poortwerking niet van alle HDMI-beeldschermen (High-
Definition Multimedia Interface) is gecontroleerd, werken sommige HDMI-
beeldschermen mogelijk niet correct.
De HDMI-uit-poort aansluiten
1.
Sluit het ene uiteinde van de HDMI-kabel aan op de HDMI-uit-poort
van het HDMI-apparaat.
2.
Sluit het andere uiteinde van de HDMI-kabel aan op de HDMI-uit-poort
van de computer.
1. HDMI-uit-poort
Gebruikershandleiding
Het toetsenbord
Afbeelding 4-20 De HDMI-uit-poort aansluiten
1
voor meer informatie over het
2
2. HDMI-kabel
4-50