Inhoudsopgave
Advertenties
Problemen met scannen
Probleem
De scanner doet
• Zorg ervoor dat u het te scannen origineel met
het niet.
de bedrukte zijde naar beneden op de glasplaat
plaatst, en met de bedrukte zijde naar boven
in de automatische documentinvoer.
• Misschien is er niet voldoende geheugen vrij
voor het document. Ga na of de prescanfunctie
werkt. Probeer een lagere scanresolutie.
• Controleer of de USB-kabel goed is aangesloten.
• Controleer of de USB-kabel beschadigd is.
Vervang de kabel door een andere kabel
waarvan u zeker weet dat die werkt. Vervang
de kabel indien nodig permanent.
• Controleer of de scanner correct is
geconfigureerd. Controleer de instellingen in
de SmarThru-configuratie of de toepassing
die u gebruikt om er zeker van te zijn dat de
scantaak naar de juiste poort wordt verzonden.
Het apparaat doet
• Kijk of het apparaat tegelijkertijd gegevens
erg lang over
ontvangt die moeten worden afgedrukt. Wacht
een scan.
in dat geval met scannen totdat de afdruktaak
is voltooid.
• Het scannen van afbeeldingen kost meer tijd
dan het scannen van tekst.
• De communicatiesnelheid kan laag zijn in de
scanmodus omdat er veel geheugen nodig
is om de gescande afbeelding te analyseren
en reproduceren. Stel de printerpoort van uw
computer in op de stand ECP (in de BIOS-
instellingen van de computer). De
communicatiesnelheid gaat dan iets omhoog.
Zie de gebruiksaanwijzing van uw computer
voor meer informatie over de BIOS-instellingen.
Problemen met faxen
Probleem
Het apparaat doet
• Trek de netstekker uit het stopcontact en breng
niets, het display
de stekker opnieuw aan.
blijft leeg en de
• Controleer of het stopcontact stroom geeft.
toetsen reageren
niet.
Geen kiestoon.
• Controleer of het telefoonsnoer goed is
aangesloten.
• Controleer of de wandcontactdoos in orde
is door er een ander telefoontoestel op aan
te sluiten.
Remedie
Remedie
13.11
Probleem
De in het
Controleer of de nummers correct in het
geheugen
geheugen zijn opgeslagen. Druk een telefoonlijst
opgeslagen
af, zie pagina 10.4.
nummers worden
verkeerd gekozen.
Het origineel wordt
• Controleer of het papier niet gekreukt is en
niet in het apparaat
zorg ervoor dat u het correct plaatst. Ga na of
ingevoerd.
het origineel de juiste afmetingen heeft, en niet
te dik of te dun is.
• Controleer of de automatische documentinvoer
goed is gesloten.
• Het rubber van de automatische documentinvoer
is mogelijk aan vervanging toe. Zie pagina 12.6.
Faxberichten
• De ontvangstmodus moet ingesteld zijn op Fax.
worden niet
• Controleer of de lade papier bevat.
automatisch
• Klik hier als het display een foutbericht weergeeft.
ontvangen.
Los in dat geval het gemelde probleem op.
Het apparaat
• Zorg ervoor dat het origineel zich in de
verzendt geen
automatische documentinvoer of op de
faxberichten.
glasplaat bevindt.
• Sending moet op het display verschijnen.
• Controleer of het andere faxapparaat uw
faxbericht kan ontvangen.
Een ontvangen
• Mogelijk is er een probleem met het
faxbericht is
faxapparaat van de verzender.
gedeeltelijk blanco
• Een slechte telefoonlijn kan
of is van slechte
verbindingsproblemen veroorzaken.
kwaliteit.
• Controleer het apparaat door een kopie
te maken.
• Mogelijk is de tonercassette leeg. Raadpleeg
pagina 12.4 voor informatie over het vervangen
van tonercassettes.
Sommige woorden
Het documenttransport van het apparaat
van een ontvangen
waarvan het faxbericht afkomstig is, heeft
faxbericht zijn
even gehaperd.
uitgerekt.
Er staan strepen
Controleer of de scannereenheid vuil is, en reinig
op de originelen
deze indien nodig. Zie pagina 12.3.
die u verstuurt.
Het apparaat
Misschien is het andere faxapparaat uitgeschakeld,
kiest het nummer
is het papier op of kunnen er geen oproepen
maar kan geen
worden beantwoord. Vraag de gebruiker van
verbinding tot
het andere faxapparaat om het probleem op te
stand brengen
lossen.
met het andere
faxapparaat.
<Problemen oplossen>
Remedie
Advertenties
Hoofdstukken
Inhoudsopgave
Probleemoplossen
