ABB i-bus® KNX COMMUNICATIEOBJECTEN
Functie
Status ventilatorsnelheid 1
Dit communicatieobject verstuurt de status van ventilatorsnelheid 1 naar de bus (ABB i-bus® KNX).
Het verzendgedrag is afhankelijk van de instelling in de parameter
Telegramwaarde:
•
1 = ventilatorsnelheid 1 aan
•
0 = ventilatorsnelheid 1 uit
Opmerking
Als er een analoge ventilatoruitgang wordt gebruikt, komt ventilatorsnelheid 1 overeen met een daadwerkelijke ventilatorsnelheid van 1 - 33 %.
Voorwaarden voor zichtbaarheid
Ventilatoruitgang
•
Parametervenster
communicatieobjecten
\ Alle opties behalve
of
•
Parametervenster
Ventilatoruitgang
gedeactiveerd
Alle opties behalve
Status ventilatorsnelheid 2
Dit communicatieobject verstuurt de status van ventilatorsnelheid 2 naar de bus (ABB i-bus® KNX).
Het verzendgedrag is afhankelijk van de instelling in de parameter
Telegramwaarde:
•
1 = ventilatorsnelheid 2 aan
•
0 = ventilatorsnelheid 2 uit
Opmerking
Als er een analoge ventilatoruitgang wordt gebruikt, komt ventilatorsnelheid 2 overeen met een daadwerkelijke ventilatorsnelheid van 34 - 66 %.
Voorwaarden voor zichtbaarheid
•
Parametervenster
Ventilatoruitgang
opties behalve
gedeactiveerd
of
Ventilatoruitgang
•
Parametervenster
–
Parameter
Aantal ventilatorsnelheden
–
Parameter
Schakelen van de ventilatorsnelheid via 1-bit-objecten
Status ventilatorsnelheid 3
Dit communicatieobject verstuurt de status van ventilatorsnelheid 3 naar de bus (ABB i-bus® KNX).
Het verzendgedrag is afhankelijk van de instelling in de parameter
Telegramwaarde:
•
1 = ventilatorsnelheid 3 aan
•
0 = ventilatorsnelheid 3 uit
Opmerking
Als er een analoge ventilatoruitgang wordt gebruikt, komt ventilatorsnelheid 3 overeen met een daadwerkelijke ventilatorsnelheid van 67 - 100 %.
Voorwaarden voor zichtbaarheid
•
Parametervenster
Ventilatoruitgang
gedeactiveerd
opties behalve
of
•
Parametervenster
Ventilatoruitgang
Aantal ventilatorsnelheden
–
Parameter
–
Parameter
Schakelen van de ventilatorsnelheid via 1-bit-objecten
Automodus ventilator
activeren/deactiveren
Met dit communicatieobject wordt de automodus ventilator via de bus (ABB i-bus® KNX) geactiveerd/gedeactiveerd.
Telegramwaarde
•
1 = automodus ventilator activeren
•
0 = automodus ventilator deactiveren
Voorwaarden voor zichtbaarheid
•
Parametervenster
Ventilatoruitgang
geven [continue ventilator]
\ Optie
of
•
Parametervenster
Ventilatoruitgang
trapte ventilator]
\ Optie
ja
Opmerking bij de navigatie in de PDF: Toetscombinatie 'Alt + pijl links'
springt naar de vorige weergave/pagina
Communicatieobjectnaam
Kanaal - ventilator
Statuswaarden verzenden [ventilatoruitgang]
Ventilatoruitgang (0 - 10 V)
\ Parametervenster
gedeactiveerd
\ Parametervenster
Ventilatoruitgang
Kanaal - ventilator
Statuswaarden verzenden [ventilatoruitgang]
\ Parametervenster
Ventilatoruitgang (0 - 10 V)
Ventilatoruitgang
\ Parametervenster
\
Optie / 3
Kanaal - ventilator
Statuswaarden verzenden [ventilatoruitgang]
\ Parametervenster
Ventilatoruitgang (0 - 10 V)
\ Parametervenster
Ventilatoruitgang
Optie 3
\
Kanaal - ventilator
\ Parametervenster
Ventilatoruitgang (0 - 10 V)
ja
\ Parametervenster
Ventilatoruitgang
Schakelen van de ventilatorsnelheid via 1-bit-
\ Parameter
\ Parameter
Schakelen van de ventilatorsnelheid via 1-bit-communicatieobjecten
\ Parameter
Schakelen van de ventilatorsnelheid via 1-bit-objecten
\
alle opties behalve gedeactiveerd
\ Parameter
Schakelen van de ventilatorsnelheid via 1-bit-objecten
\
alle opties behalve gedeactiveerd
\ Parameter
Automatische modus afhankelijk van de regelvariabele vrij-
\ Parameter
Automatische modus afhankelijk van de regelvariabele vrijgeven [ge-
Producthandboek | NL | FCC/S 1.x.x.1 | 9AKK108464A0272 Rev. A 272
Gegevenspuntt
Lengte
ype
DPT 1.001
1 bit
.
DPT 1.001
1 bit
.
DPT 1.001
1 bit
.
DPT 1.003
1 bit
Flags
C R
T
\
C R
T
\ alle
C R
T
\ alle
C
W