ABB i-bus® KNX PARAMETERS
Voorwaarden voor zichtbaarheid
• Productvarianten:
– FCC/S 1.1.1.1
– FCC/S 1.1.2.1
– FCC/S 1.4.1.1
– FCC/S 1.5.1.1
– FCC/S 1.5.2.1
• De parameter staat in het parametervenster
7.4.202
Klepuitgang [0 - 10 V]
Met deze parameter wordt gedefinieerd hoe de klepuitgang wordt gebruikt.
Verdere informatie →
Optie
geactiveerd
gedeactiveerd
Gebruik als VAV-klepuitgang
Voorwaarden voor zichtbaarheid
• Productvarianten:
– FCC/S 1.2.1.1
– FCC/S 1.2.2.1
– FCC/S 1.3.1.1
– FCC/S 1.3.2.1
• De parameter staat in het parametervenster
Opmerking bij de navigatie in de PDF: Toetscombinatie 'Alt + pijl links'
springt naar de vorige weergave/pagina
S ervo's, Pagina 3
18.
De klepuitgang wordt als regelvariabele-uitgang voor een 0 -10 V klepservo gebruikt.
De volgende afhankelijke parameters worden getoond:
•
Spanningsbereik voor klepregelvariabele
•
Openings-/sluittijd van de servo
•
Statuswaarden verzenden [klepuitgang]
Handmatige klepoversturing vrijgeven
•
•
Klepspoeling
De volgende afhankelijke communicatieobjecten worden getoond:
Statusbyte klep X
•
•
Status regelvariabele klep X
•
Storing klepuitgang X
Storing klepuitgang X resetten
•
De klepuitgang is gedeactiveerd.
De klepuitgang wordt gebruikt om de klepaandrijving aan te sturen. De regelvariabelen die via de bus
(ABB i-bus® KNX) zijn ontvangen, worden zonder door de regelaar te worden beïnvloed via het
geselecteerde spanningsbereik aangegeven.
De volgende afhankelijke parameters worden getoond:
•
Spanningsbereik voor VAV-klepregelvariabele
•
VAV-klepuitgang na terugkeer van de busspanning, ETS-download en ETS-reset
•
Statuswaarden verzenden [klepuitgang]
De volgende afhankelijke communicatieobjecten worden getoond:
•
Regelvariabele VAV klepsturing X
•
Status regelvariabele klep X
Klep X
\ Parametervenster
Klep X
\ Parametervenster
Producthandboek | NL | FCC/S 1.x.x.1 | 9AKK108464A0272 Rev. A 249
Klepuitgang X
.
Klepuitgang X (0 - 10 V)
.