Basismontage
(bij opname op deze videorecorder)
Voor u begint te monteren
• Zet de TV aan en stem af op het videokanaal.
• Druk op INPUT SELECT om de lijningang in
het uitleesvenster te laten verschijnen.
• Druk op SP/LP om de bandsnelheid te
kiezen - SP of LP.
• Zet MONTAGE in het OPTIES-1 menu van
deze videorecorder op AAN. Doe dat ook bij
de andere videorecorder indien deze met een dergelijke functie is uitgerust.
1
Plaats een broncassette waarvan het wispreventienokje werd verwijderd in de
andere (weergave) videorecorder. Zoek het punt waarin u de weergave wilt laten
beginnen en schakel over naar de weergavewachtstand.
2
Plaats een cassette met intact wispreventienokje in deze (opname) videorecorder.
Zoek naar het punt waarin u de opname wilt laten beginnen en druk op X
(pauze).
3
Druk op z REC op deze videorecorder om die over te schakelen naar de
opnamepauzestand.
4
Om de montage te starten, drukt u de X (pauze) toetsen op beide videorecorders
tegelijkertijd in.
Stoppen met monteren
Druk op de x STOP toetsen op beide videorecorders.
Tip
• Om ongewenste scènes tijdens het monteren te wissen, drukt u op X (pauze) op deze
videorecorder aan het begin van de betreffende scène. Aan het einde drukt u nogmaals op X
(pauze) om de opname te hervatten.
Opmerking
• Als u de montage start volgens de bovenstaande procedure, begint de videorecorder niet op te
nemen met de OPC functie. Voor opname met de OPC functie drukt u vanuit de
opnamepauzestand nogmaals op z REC in stap 3 zodat de videorecorder de band analyseert.
Druk vervolgens op X (pauze) nadat de OPC indicator stopt met knipperen om de opname te
starten. Als u op X (pauze) drukt voor de OPC indicator stopt met knipperen, wordt de OPC
functie uitgeschakeld.
82
Basismontage
z REC
X