9.17.3.
Invoeren tweede telefoonnummer
Elke particuliere alarmcentrale kan doormelden via 2 telefoonnummers: 1 hoofdnummer
en 1 reservenummer. Voor hier het reservenummer in.
Zie ook PABX nummer.
9.17.4.
Invoeren van het systeemklantnummer
Klantnummers identificeren alarmsystemen welke doormelden naar particuliere
alarmcentrales. Het systeemklantnummer wordt gebruikt voor systeemgebeurtenissen
welke niet aan een gebied gebonden zijn. Klantnummers zijn 4-6 cijfers lang.
Voer 0000 in indien er geen doormeldingen van het systeem nodig zijn.
9.17.5.
Invoeren van het gebiedsklantnummer
9.17.5.1.
Voer het systeemklantnummer in voor gebied 1. Systeemklantnummers kunnen 4-6
cijfers lang zijn. Is doormelding voor dit gebied niet nodig, voer hier dan 0000 in
9.17.5.2.
Voer de systeemklantnummers in voor gebieden 2 –2 16.
Zie Invoeren van het klantnummer voor gebied 1.
9.17.6.
Gebruik van BELL modemtonen
voor SIA
Specificeer de keuze tussen modemtonen van BELL of CCITT.
JA
NEE
9.17.7.
Dubbele doormelding
Indien een bevestiging ontvangen dient te worden van beide telefoonnummers, dient u bij
deze optie JA in te vullen.
JA
NEE
ATS 2000/3000/4000/4500 Programming manual
Invoeren van het klantnummer
voor gebied 1
[MENU*]
Kiezen van een te programmeren gebied
Invoeren van het klantnummer
voor gebied 2
Gebruik van BELL modemtonen voor SIA-doormeldingen.
Gebruik van CCITT modemtonen voor SIA-doormeldingen.
Gebruik dubbele doormelding
Gebruik normale doormelding
Druk op 0 om andere opties over te slaan en naar particuliere alarmcentrales te
gaan.
*-Pauze, Tel nr:
Tel 2:
Systeem klantnr – 0000
Klantnr:
*-Volg, gebied 1 klantnr – 0000
Klantnr:
*-Volg, gebied 2 klantnr – 0000
Klantnr:
JA – BELL frequenties
*-Wijzig 0 – Sprng
NEE – Dubbele doormelding
*-Wijzig 0 – Sprng
93