SATEL
server worden gemaakt bij de volgende transmissie. De tijd tussen opeenvolgende
transmissies wordt gedefinieerd in het "Polling" veld.
Verzend na activering ingang/1-draads sensor/drempelwaarde overschrijding – indien
deze optie is ingeschakeld zal de data transmissie starten na activeren van de ingang of
overschrijden van de drempelwaarde van de 1-draads sensor.
Verzend na wijzigen uitgang status – indien deze optie is ingeschakeld zal de
datatransmissie starten na het wijzigen van de uitgang status.
Automatische gebeurtenisverzending – als deze optie is ingeschakeld, wordt de
gegevensoverdracht gestart telkens wanneer een gebeurtenis in de module optreedt of
wanneer de module een gebeurtenis ontvangt van de inbraakcentrale.
Elke datatransmissie zal de teller resetten voordat de volgende polling wordt verstuurd
(het "Polling" veld).
Frame
Hier kunt u bepalen welk data type het frame bevat dat verzonden wordt door de module
(zie "Het formaat frames verzonden door de module" p. 60). Opties zijn alleen beschikbaar
voor de MQTT en JSON protocollen.
Alleen gebruikte ingangen/1-draads sensoren – indien deze optie is ingeschakeld zal het
frame data bevatten van de gebruikte ingangen/ 1-draads sensoren.
Status ingangen/uitgangen – indien deze optie is ingeschakeld zal het frame data bevatten
over de status van de ingangen / uitgangen.
1-draads sensor status – indien deze optie is ingeschakeld zal het frame data bevatten
over de temperatuur van de 1-draads sensoren.
Overbrugde items – indien deze optie is ingeschakeld zal het frame data bevatten over
overbrugde ingangen / 1-draads sensoren .
Voltage – indien deze optie is ingeschakeld zal het frame data bevatten over de module
voeding voltage.
Mobiel signaalsterkte – indien deze optie is ingeschakeld zal het frame data bevatten over
de sterkte van het radiosignaal.
Mobiel netwerk provider – indien de optie ingeschakeld is zal het frame het symbool van de
geselecteerde mobiele netwerk provider bevatten.
IMEI – indien deze optie is ingeschakeld zal het frame het identificatie nummer van de
mobiele module bevatten.
Gebeurtenissen – als deze optie is ingeschakeld, bevat het frame de index van de
gebeurtenis die het laatst is opgeslagen in het modulegeheugen (EV) en de Maximum
Event Index (MEV).
Het inschakelen / uitschakelen van de optie zal de data weergegeven het in het "Data"
veld updaten.
Data (actuele lengte = [nummer] bytes – informatie over het type data welke het frame
bevat die verzonden wordt door de module (zie "Het formaat frames verzonden door de
module" p. 60). Informatie over de grootte van het frame wordt boven het veld
weergegeven.
6.17 Gebruikers
Tot 8 gebruikers kunnen worden ingevoerd. Een gebruiker kan de module bedienen via SMS
berichten (zie p. 44), CLIP (zie p. 47) en via de GX Control applicatie (zie p. 55). Tegelijkertijd
kan de module notificaties (SMS en CLIP) van gebeurtenissen (zie p. 40) naar de gebruiker
verzenden.
GPRS-A
53