1
INSTALLATIE INTERNE GROEP
1.1
BESCHRIJVING PRODUCT.
Magis Pro 12-14-16 V2 is een warmtepomp bestaande uit:
- interne groep UI MP AP (vanaf nu zullen we deze groep alleen interne groep noemen);
- UE Audax Pro 12-14-16 V2 externe condens groep (vanaf nu noemen we deze groep alleen externe groep).
Het product Magis Pro V2 wordt alleen als volledig functioneel beschouwd als de twee groepen op de juiste wijze worden gevoed en met
elkaar zijn verbonden.
De interne groep werd uitsluitend ontworpen voor wandinstallatie, voor winter- en zomerklimatisatie, en voor de productie van sanitair
warm water voor huishoudelijk gebruik en gelijkaardige toepassingen (alleen indien gecombineerd met boilergroep).
Voor zijn normale werking moet hij worden gecombineerd met de volgende externe groepen:
- UE AUDAX PRO 12 V2;
- UE AUDAX PRO 12 V2 T;
- UE AUDAX PRO 14 V2;
- UE AUDAX PRO 14 V2 T;
- UE AUDAX PRO 16 V2;
- UE AUDAX PRO 16 V2 T.
Het is noodzakelijk te voldoen aan alle eisen met betrekking tot veiligheid en het gebruik van beide apparaten.
1.2
INSTALLATIEAANWIJZINGEN
De operators die de installatie en het onderhoud uitvoeren moeten de persoonlijke bescher-
mingsmiddelen dragen, voorzien door de geldende wetgeving.
De plaats voor installatie van het toestel en de bijhorende Immergas-accessoires moet over de geschikte kenmerken (technische
en structurele) bezitten om het volgende mogelijk te maken (in veilige, doeltreffende en comfortabele omstandigheden):
- de installatie (volgens de voorschriften van de technische wetgeving en van de technische normen);
- de onderhoudswerkzaamheden (met inbegrip van geprogrammeerd, periodiek, gewoon en buitengewoon onderhoud);
- het verwijderen (naar buiten op een plaats voorzien voor het laden en het transport van de toestellen en van de componenten)
evenals de eventuele vervanging ervan door gelijkwaardige toestellen en/of componenten.
De installatie moet uitgevoerd zijn volgens de voorschriften van de normen en van de geldende wetgeving, in naleving van de
plaatselijke technische normen; volgens de technische voorschriften.
De muur moet effen zijn, zonder uitsteeksels of uitsparingen, zodat toegang mogelijk is tot het gedeelte achteraan. Ze werden
absoluut niet ontworpen voor installaties op een onderstel of op de vloer (Fig. 1).
7