3.7
FILTER VAN DE INSTALLATIE
De interne groep is uitgerust met een filter op de retouraansluiting van de installatie om de goede werking van het systeem te vrijwaren.
U kunt regelmatig en telkens dit nodig is de filter reinigen zoals hierna wordt beschreven (Fig. 38).
Sluit de systeemretourkraan (3) en de systeemafvoerkraan (5) met de hand, tap het water uit de interne groep af met behulp van de aftap-
kraan (4).
Open de dop (1) en de pakking (6) en maak het filter (2) schoon.
3.8
EVENTUELE PROBLEMEN EN HUN OORZAKEN
De onderhoudswerkzaamheden moeten door een erkend bedrijf worden uitgevoerd (bijvoorbeeld het Erkende Technische
Service Centrum).
Lawaai te wijten aan lucht die in de installatie aanwezig is.
Controleer het openen van het kapje van de voorziene ontluchtingsklep (Fig. 22).
Controleer of de druk van de installatie en van de voorbelasting van het expansievat binnen de vooraf bepaalde waarden vallen.
De waarde van de voorbelasting van het expansievat moet 1,0 bar zijn, de waarde van de druk van de installatie moet begrepen zijn tussen
1 en 1,2 bar.
64
4
6
1
5
3
2
38