Apparaat bedienen
In dit hoofdstuk leest u hoe u het apparaat in- en uitschakelt en
een functie en de temperatuur kiest.
Apparaat inschakelen
Aan de functiekeuzeknop draaien tot de gewenste functie
1.
ingesteld is.
Aan de temperatuurkeuzeknop draaien tot de gewenste
2.
temperatuur ingesteld is.
Het indicatielampje r brandt terwijl het apparaat opwarmt en
altijd bij het nawarmen.
Bakken
Bij het bakken met hete lucht 3 inschuifhoogte 2 niet
gebruiken. Dit heeft invloed op de luchtcirculatie, met als
gevolg een slechter bak- en braadresultaat.
Toebehoren voor het bakken
Bakvormen
Gebruik donkere bakvormen van metaal. Blikken en glazen
vormen verlengen de baktijd en het gebak bruint niet
gelijkmatig.
Plaats een rechthoekige vorm altijd diagonaal en een ronde
bakvorm altijd in het midden van het rooster.
Bakplaten
Wij raden u aan uitsluitend de originele bakplaten te gebruiken,
omdat deze optimaal op de binnenruimte en de functies zijn
afgestemd.
Schuif de bakplaten altijd voorzichtig in tot de aanslag. Let erop
dat de schuine kant van de bakplaat altijd naar de
apparaatdeur wijst.
Basisdeeg
Roerdeeg
Plaatgebak met bedekking
Spring/rechthoekige vorm
Zandtaartdeeg
Plaatgebak met droge bedekking, bijv. strooisel
Plaatgebak met vochtige bedekking, bijv. roomglazuur
springvorm, bijv. kwarktaart
Vorm vruchtentaartbodem
Biscuitbeslag
Biscuitrol
Biscuit (6 eieren)
Biscuit (3 eieren)
* Oven voorverwarmen
Apparaat uitschakelen.
Functiekeuzeknop in de stand Û terugdraaien.
1.
Temperatuurkeuzeknop in de stand Ú terugdraaien.
2.
Na het uitschakelen kan de koelventilator nalopen.
Bakken op twee niveaus
Gebruik bij het bakken op twee niveaus bij voorkeur bakplaten
en schuif deze tegelijkertijd in.
Houd er rekening mee dat uw gebak op de verschillende
niveaus niet even snel bruin wordt. Het gebak op het onderste
niveau wordt het snelst bruin en kan vroeger uit de oven
worden genomen.
Baktabel voor basisdeeg
De gegevens in de tabel zijn richtwaarden, die gelden voor
geëmailleerde bakplaten en donkere bakvormen. De waarden
kunnen variëren, afhankelijk van de soort en hoeveelheid deeg
en de bakvorm.
De waarden voor brooddeeg gelden zowel voor deeg op de
bakplaat als voor deeg in een rechthoekige vorm.
Wij raden u aan om de eerste keer de laagste van de
opgegeven temperaturen in te stellen. In principe levert de
laagste temperatuur de meest gelijkmatige bruining op.
Wanneer u gerechten bakt volgens eigen recept, houd dan de
waarden van gelijksoortig gebak in de tabel aan.
Neem de aanwijzingen voor het voorverwarmen in de tabel in
acht.
Hete lucht 3
Inschuif-
Tempera-
Tijdsduur in minu-
hoogte
tuur in °C
1
150 - 160
1 + 3
150 - 160
1
150 - 160
1
160 - 170
1 + 3
160 - 170
-
-
1
160 - 170
1
160 - 170*
1
180 - 190*
1
150 - 160
1
150 - 160*
Boven- en
onderwarmte %
Inschuif-
ten
hoogte
30 - 40
2
40 - 50
-
60 - 80
1
45 - 65
2
60 - 70
-
60 - 80
2
60 - 100
1
20 - 35
1
10 - 15
2
35 - 45
1
20 - 35
1
Tempera-
tuur in °C
160 - 170
-
160 - 170
180 - 190
-
170 - 180
170 - 180
180 - 190*
190 - 200*
160 - 170
160 - 170*
37