APPENDIX C. TOEPASSING OPMERKINGEN
C.1 Buizen meten
Bij het meten van een stuk buis om de buiswanddikte te bepalen is de oriëntatie van de transducent van
belang.
Als de buis diameter groter is dan 100 mm (4") moeten de metingen gebeuren met de hiaat van het slijtvlak
van de transducent loodrecht tegenover de lengte van de buis.
Als de diameter van de buis klein is, moeten twee metingen worden uitgevoerd, een met de hiaat van het
slijtvlak loodrecht tegenover de lengte as van de buis, de andere met het hiaat parallel tegenover de lengte
as van de pijp (Figuur 7). De kleinste van de twee getoonde waarden zou dan als diktewaarde op dat punt
moeten worden genomen.
Loodrecht
Parallel
Figuur 7. Transducent plaatsen op kleine diameter buizen
C.2 Hete oppervlaktes meten
De geluidsnelheid door een materiaal is funktie van zijn temperatuur. Als materialen warmer worden
verminderd de geluidsnelheid in dito materialen. In de meeste toepassingen met oppervlaktetemperaturen
onder 100°C (~200°F) worden geen speciale procedures vereist. Bij temperaturen boven 100°C (~200°F),
beginnen de verandering in geluidsnelheid een merkbaar effect te hebben op de nauwkeurigheid van de
44