HET REINIGEN VAN HET LUCHTFILTER
Reinig het luchtfilter wanneer de aanduiding "
(TIJD OM HET LUCHTFILTER TE REINIGEN) op
de display verschijnt.
Reinig het luchtfilter vaker als de unit is geïn-
stalleerd in een ruimte, waar de lucht zeer vuil is.
Als het vuil niet meer verwijderd kan worden, moet u
het luchtfilter vervangen. (Een nieuw luchtfilter is los
verkrijgbaar.)
1. Open het aanzuigrooster.
Schuif het langzaam naar voren.
Voorzichtig!
• Trek niet aan het voorpaneel. Het gaat een stukje
open.
2. Verwijder de luchtfilters.
Trek het filter voorzichtig omhoog en dan naar
buiten.
3. Reinig het luchtfilter.
Gebruik een stofzuiger A) of was het luchtfilter
met water B).
A)Reinigen met een stofzuiger
B)Reinigen met wate
Was het filter, wanneer het
erg vervuild is, met een
zachte borstel en een neu-
traal reinigingsmidde
Schud het water zoveel mogelijk van het filter en
laat het in de schaduw opdrogen.
OPMERKING
• Reinig de airconditioner niet met water dat
warmer is dan 50°C, omdat hierdoor de behuizing
kan verkleuren of vervormen.
• Stel het filter niet bloot aan open vuur omdat het in
brand kan vliegen.
4. Breng het luchtfilter op de plaats aan.
Na het schoonmaken van het filter moet u dit weer
op dezelfde plaats aanbrengen als voorheen.
Nederlands
5. Druk op de FILTER RESET toets van het bedi-
eningspaneel.
"
De melding "
TER TE REINIGEN) verdwijnt.
DE LUCHTUITLAAT EN DE BUITENPAN-
ELEN SCHOONMAKEN
• Reinig met een zachte doek.
• Wanneer vlekken moeilijk verwijderd kunnen
worden, gebruikt u een doek bevochtigd met een
oplossing van een neutraal reinigingsmiddel en
water. Veeg na het schoonmaken met een droge
doek na.
OPMERKING
• Gebruik geen benzine, benzeen, verfverdunner,
schuurmiddelen en insecticiden. De afwerking
kan door dergelijke stoffen verkleuren of bescha-
digd worden.
• Gebruik geen water of lucht warmer dan 50 °C
voor het schoonmaken van de luchtfilters en de
buitenpanelen.
OPSTARTEN NA EEN LANGE PERIODE VAN
INACTIVITEIT
Bevestig het volgende
• Controleer of de luchtinlaat en -uitlaat niet zijn
geblokkeerd. Verwijder eventuele belemmeringen.
• Controleer of de aarde is aangesloten.
Is een kabel misschien ergens verbroken?
Neem in het geval van problemen contact op met
uw leverancier.
Reinig het luchtfilter en de buitenpanelen.
• Vergeet net het luchtfilter na het reinigen te
bevestigen.
Zet de hoofdschakelaar aan.
• Het display van het bedieningspaneel wordt
getoond wanneer de stroom wordt aangezet.
• Ter bescherming van de unit moet de hoofd-
schakelaar ten minste 6 uur voordat het systeem
in gebruik wordt genomen worden aangezet.
WAT TE DOEN ALS U HET SYSTEEM VOOR
LANGE TIJD STOPT
Zet VENTILATOR een halve dag aan en laat de
unit drogen.
• Zie "VENTILATOR".
Zet de stroom uit.
• Wanneer de hoofdschakelaar wordt aangezet,
wordt er een kleine hoeveelheid elektriciteit
gebruikt, ook al is het systeem niet in bedrijf.
Schakel de hoofdschakelaar van de unit uit om
energie te besparen.
" (TIJD OM HET LUCHTFIL-
9