Afbeelding 5 Sluit gedeïoniseerd water aan op de reagensfittingen.
5. Als de reagensslang niet wordt gevuld met gedeïoniseerd water tijdens de
reagensspoelcyclus, houdt u de container met gedeïoniseerd water hoger dan de
analyser en voert u stap
6. Voer stap
4
een tweede keer uit.
De analyser vervangt de reagentia in de reagensslangen door water.
7. Wanneer de reagensspoelcyclus is voltooid, verwijdert u de slang uit de container
voor gedeïoniseerd water en legt u deze in de open lucht.
8. Voer stap
4
twee keer uit.
De analyser vervangt het water in de reagensslangen door lucht.
4
uit.
Onderhoud
13