Maxum II Beveiligingssystemen - oven
Chromatografische scheidingen van monsters worden in de oven van de Maxum II-analysator
uitgevoerd. Bij de meeste scheidingen moet de oven op verhoogde temperatuur gehouden
worden. Dit betekent dat de ovenzone verwarmd moet worden door een warmtebron, terwijl
tegelijkertijd wordt gegarandeerd dat de bron geen brandbare dampen kan ontbranden die in
de oven aanwezig kunnen zijn. Dit wordt bewerkstelligd door het ovenverwarmingssysteem.
Er is een variëteit aan configuraties beschikbaar voor de Maxum II. Voor isothermische (enige
temperatuur) analyses zijn zowel luchtbadovens, luchtloze ovens als modulaire ovens
verkrijgbaar. Omdat de Maxum II gelijktijdige analyses van meerdere processen kan uitvoeren
(parallel-chromatografie), is de luchtbadoven verkrijgbaar als een enkele oven of als
tweedelige, gescheiden ovenconfiguratie, met twee onafhankelijke temperatuurzones. De
luchtbadoven wordt door middel van convectie verhit. De luchtloze oven wordt door geleiding
verhit en is beschikbaar als enkele en als tweedelige configuratie. Bij configuraties die een
enkele oven vereisen, wordt het tweede ovencompartiment niet uitgerust. De modulaire oven
werkt in zekere zin net als de luchtloze oven, verwarming door geleiding. Een Maxum II
modulaire oven analysator kan voorzien zijn van één of twee onafhankelijke modulaire ovens
Er moet opgemerkt worden dat er misschien bedrijfsomstandigheden gewenst worden, die niet
compatibel zijn ten opzichte van elkaar. Er kan een toepassing gewenst worden die een zeer
hoge oventemperatuur vereist (bijvoorbeeld scheiding van koolwaterstoffen met zeer hoog
moleculair gewicht of analyse van zware, vloeibare chemicaliën). Het is ook mogelijk dat er
brandbare gassen en dampen in het installatiegebied aanwezig zijn, die kunnen ontsteken bij
relatief lage temperaturen (bijvoorbeeld sommige koolwaterstoffen). Bij deze tegengestelde
beperkingen vereist een toepassing misschien een dermate hoge oventemperatuur dat de
analysezone zelf zou kunnen ontbranden. Deze situatie is niet toegestaan. Het is de
verantwoordelijkheid van de gebruiker ervoor te zorgen dat de analysator nooit in een gebied
wordt geïnstalleerd, dat niet juist geclassificeerd is voor de voor toepassing vereiste
oventemperaturen. De nominale temperatuur voor de analysator is vermeld in het klant-
documentatiepakket dat bij de analysator wordt verstrekt.
De oventemperatuur wordt bewaakt door de weerstandtemperatuursensor (RTD) en geregeld
door bijbehorende circuitsystemen. Dit circuitsysteem handhaaft een oventemperatuur op de
door de software aangestuurde gewenste waarde samen met het bewaken van de feitelijke
oppervlaktetemperaturen. In de oven is de hoogste temperatuur aanwezig op of bij het
verwarmeroppervlak en deze temperatuur is begrensd op verscheidene manieren, afhankelijk
van de configuratie.
In de luchtbad-/luchtloze-ovenconfiguratie is de verwarmertemperatuur begrensd door twee
gewenste-waardeweerstanden op één gewenste-waardepaneel. Deze gewenste-
waardeweerstanden bevinden zich over het algemeen op de PECM-module of de DPM-
module (PECM = Power Entry Control Module. DPM = Detector Personality Module). De
relevante instructies bevinden zich in andere documentatie. Aan het begin van dit document is
echter een tabel met de hoogste oppervlaktemperaturen en
omgevingstemperatuurcategorieën toegevoegd ter referentie.
In een modulaire-ovenconfiguratie zijn de verwarmerbloktemperaturen begrensd door de
PECM-DC. Weerstanden voor vast ingestelde gewenste waarden worden gebruikt op het
PECM-DC paneel. De oventemperatuur overschrijdt nooit de
Veiligheidsnormen voor explosiebeveiliging
Toestelhandboek, 10/2018, A5E02220442001 Rev 11
4
47