4.4. Installatie van de aandrijvingen
1) Bevestig de achterste beugel op de plaats die u eerder heeft bepaald. In het geval van ijzeren pilasters moet de beugel
nauwkeurig direct op de pilaster worden gelast (fig. 6). In het geval van een gemetselde pilaster moet de speciale plaat (optie)
voor bevestiging met schroeven (fig. 7) worden gebruikt. Maak gebruik van geschikte bevestigingssystemen. Las de beugel
vervolgens nauwkeurig aan de plaat.
Controleer tijdens het bevestigen met een waterpas of de beugel perfect horizontaal is.
2) Assembleer de achterste bevestiging van de aandrijving zoals
aangegeven op fig.8.
3) Stel de aandrijving in op handbediening (zie par. 6)
4) Haal de steel helemaal naar buiten, tot aan de aanslag , fig.
9 ref. 1.
5) Vergrendel de aandrijving weer (zie par. 6.1)
6) Draai de steel een halve/hele slag met de klok mee, fig. 9 ref. 2
7) Assembleer de voorste beugel zoals aangegeven op fig.10.
8) Bevestig de aandrijving aan de achterste beugel met de bijgeleverde pennen,
zoals aangegeven op fig.11.
Let op: alvorens de aandrijving aan de zojuist beugel te lassen, moet u
Fig. 6
Fig. 9
wachten tot deze is afgekoeld.
50
Fig. 7
Fig. 8
Fig. 10
Fig. 11