3
STARTEN MET STROOIEN
3.1 Invoeren werkgegevens
Voordat u start met strooien moet u controleren of de juiste werkgegevens zijn ingevoerd. De
werkgegevens die ingevoerd moeten worden zijn:
a. meststofgift (kg/ha)
b. afdraaiproef;
c. werkbreedte (m);
d. aantal wielpulsen per afgelegde weg;
3.1.a Meststofgift (kg/ha) invoeren
Druk op [kg/ha]. Op het display verschijnt de oude meststofgift.
U kunt nu met [+], [–] en [=] een nieuwe waarde invoeren.
3.1.b Afdraaiproef
geen oude afdraaiproefwaarden!
Als u de Vicontrol gebruikt met een PS 203 of 303, dan doet u de afdraaiproef met een afdraaizak.
Bij de modellen vanaf de PS 403 en de nieuwe PS 04 serie maakt u voor de afdraaiproef gebruik
van een afdraaicontainer.
Procedure afdraaiproef:
- Bepaal het gewicht van de afdraaizak of afdraaicontainer.
Afdraaizak:
- Demonteer de strooipijp door de bouten 3 volle slagen los te draaien en de pijp 90 graden
linksom. Draai de bouten weer vast.
- Hang de opvangzak met de ogen aan de speciale bevestigingslippen op de strooi-unit
Afdraaicontainer:
- Steek de afdraaicontainer over de pijp.
- Start de trekker en schakel de aftakas in op het voorgeschreven toerental.
- Druk op [afdraaiproef] en vervolgens op de [START]. De strooier gaat nu open. Op het display
is een "C" en de resterende tijd in seconden zichtbaar.
- Leg de afdraaizak of container met kunstmest op de weegschaal en bepaal het gewicht van de
kunstmest.
Als u tijdens de afdraaiproef op [STOP] drukt, zal de doseerschijf direct gesloten worden. De oude
afdraaiwaarde blijft dan behouden.
3.1.c Werkbreedte (m) invoeren
Druk op [werkbreedte] en op het display verschijnt de werkbreedte. Deze waarde is te
veranderen met [+] en [–] en vast te leggen met [=].
6
Gebruik dus