6 De bediening van he product
Lees eerst het hoofdstuk "Veilig-
heidsinstructies"!
• Gebruik geen mechanische werktuigen of
andere werktuigen dan de aanbevelingen
van de fabrikant om de ontdooiing te ver-
snellen.
• Gebruik geen onderdelen van uw koelkast
zoals de deur of de laden als steun of
trapje. Dit kan het product doen kantelen
of de onderdelen beschadigen.
• Het product mag enkel worden gebruikt
om etenswaren en dranken op te slaan.
7 Het gebruik van uw apparaat
7.1 De bedrijfstemperatuur instellen
De bedrijfstemperatuur wordt ingesteld via
de temperatuurbediening.
1=Laagste koelinginstelling (warmste in-
stelling)
MAX. =Hoogste koelinginstelling (koudste
instelling)
Selecteer een instelling op basis van de ge-
wenste temperatuur.
De interne temperatuur hangt ook af van de
omgevingstemperatuur, hoe vaak de deur
wordt geopend en de hoeveelheid etenswa-
ren die worden opgeslagen in de koelkast.
Het regelmatig openen van de deur zal de
interne temperatuur doen stijgen.
Het is dus raadzaam de deur zo snel moge-
lijk te sluiten na elke opening.
De normale opslagtemperatuur van uw ap-
paraat moet -18 °C (0 °F) zijn. U kunt lagere
temperaturen instellen door de thermo-
staatknop naar de MAX-positie te draaien.
Wij raden aan de temperatuur te controlere-
met een thermometer om zeker te zijn dat
de bewaarvakken de gewenste temperatuur
hebben. Vergeet niet de temperatuur on-
• Sluit de waterkraan af als u weg gaat van
huis (bijv. op vakantie vertrekt) en u de
Icematic of de waterdispenser gedurende
een lange periode niet zult gebruiken. Zo
niet kunnen er waterlekken optreden.
Het programma pauzeren
• Als u het product niet zult gebruiken ge-
durende een lange periode moet u stek-
ker verwijderen uit het stopcontact.
• Verwijder de etenswaren om geurtjes te
voorkomen.
• Wacht tot het ijs is gesmolten, reinig de
binnenzijde en laat deze drogen. Laat de
deuren open om schade aan het plastic
in het product ver voorkomen.
middellijk af te lezen nadt u het uit de diep-
vriezer hebt verwijderd, aangezien de tem-
peratuur van de thermometer snel stijgt.
Indicatielampen
Er zijn drie gekleurde indicatielampen in het
apparaat die de bedieningsmodus van de
diepvriezer aangeven.
Gele indicator
Het licht op wanneer de thermostaatknop
op de MAX-positie wordt geschakelt en
blijft branden tot de snel-invriezen functie
handmatig wordt uitgeschakeld.
De snel-invriezen bewerking dient om verse
etenswaren in te vriezen.
Groene indicator
Deze schakelt in wanneer het apparaat is
aangesloten op het net en hij blijft inge-
schakeld zolang er stroom is. De groene in-
dicator geeft geen informatie over de tem-
peratuur in de diepvriezer.
Rode indicator Hoge temperatuur alarm
Wanneer het apparaat de eerste keer wordt
ingeschakeld, is het alarm inactief geduren-
de 12 uur (de rode LED-indicator schakelt
uit). Daarna licht de rode LED-indicator op
in de volgende gevallen:
- er wordt een overmatige hoeveelheid ver-
se etenswaren in het apparaat geplaatst
NL / 17
NL
BG
HU
ET