instAllAtie
elektrische aansluiting
f Houd rekening met het hoofdstuk "Voorbereidingen / Elektri-
sche installatie".
10.2 Elektrische aansluiting
Info
f Voordat u de elektrische aansluiting tot stand
brengt, moet u de verwarmingsinstallatie vullen (zie
hoofdstuk "Montage/aansluiting van het verwar-
mingswater").
De aansluitklemmen zitten in de schakelkast van het toestel achter
de bovenste afdekplaat.
Voor de aansluitingen dient u elektriciteitskabels te gebruiken
conform de voorschriften.
f Steek alle elektrische kabels en sensorkabels door de voor-
ziene doorvoeren in de achterwand (zie hoofdstuk "Techni-
sche gegevens/afmetingen en aansluitingen").
De schakelkast moet u voor onderhouds- en reparatiewerkzaam-
heden kunnen openen (zie hoofdstuk "Montage/verwarmingsin-
stallatie ontluchten").
f Laat de elektrische leidingen en sensorkabels lang genoeg.
f Voer alle elektriciteitskabels door de kabelbinder.
f Leid alle elektriciteitskabels door de trekontlastingen.
f Controleer de goede werking van de trekontlastingen.
10.2.1 Compressor en elektrische nood-/bijverwarming
toe-
Werking van de elektrische nood-/bijverwarming
stelfunctie
Mono-energe-
De elektrische nood-/bijverwarming waarborgt de verwar-
tisch bedrijf
mingsmodus en genereert hogere warmwatertemperaturen,
wanneer het bivalentiepunt te laag is.
Noodwerking Wanneer de warmtepomp bij een storing uitvalt, wordt het
verwarmingsvermogen overgenomen door de elektrische
nood-/bijverwarming.
U kunt kiezen tussen twee aansluitmogelijkheden. De compres-
soraansluiting blijft eenfasig.
Aansluitmogelijkheid
Aansluittype
A
gescheiden aansluiting voor compressor en
nood-/bijverwarming
B
aansluiting voor compressor en nood-/bijver-
warming met 5-aderige kabel
www.stiebel-eltron.com
Aansluitmogelijkheid A (230 V)
f Sluit de elektriciteitskabels aan, zoals op de volgende afbeel-
ding wordt getoond.
XD1 Compressor (inverter)
L, N, PE
XD1 elektrische nood-/bijverwarming (nHz)
L', L", N', N", PE
XD3 Stuurspanning
L, N, PE
f Leid alle elektriciteitskabels door de trekontlastingen. Con-
troleer de goede werking van de trekontlastingen.
Als geen spanning wordt aangesloten op het vrijgavesignaal van
de energiemaatschappij, start de warmtepomp niet op.
f Installeer een brug tussen EVU1 en EVU2, wanneer er geen
rondstuurontvanger aangesloten wordt.
Aansluitmogelijkheid B (400 V)
f Sluit de elektriciteitskabels aan, zoals op de volgende afbeel-
ding wordt getoond.
XD1 Compressor (inverter)
elektrische nood-/bijverwarming (nHz)
L1, L2, L3, N, PE
XD3 Stuurspanning
L, N, PE
f Verbind aansluitingen N, N' en N" met een brug.
f Leid alle elektriciteitskabels door de trekontlastingen. Con-
troleer de goede werking van de trekontlastingen.
Als geen spanning wordt aangesloten op het vrijgavesignaal van
de energiemaatschappij, start de warmtepomp niet op.
f Installeer een brug tussen EVU1 en EVU2, wanneer er geen
rondstuurontvanger aangesloten wordt.
HPG-I D(C)S Premium |
19