7.8 Oververhittingsbeveiliging vloerverwarming
Hoofdmenu > Instellingen > Toepassingsinstellingen >
Underfloor overheat protection
Deze functie is alleen beschikbaar als de
toepassingsinstelling is ingesteld op Underfloor heating.
1. Activeer de functie door op de grijze schuifknop in de
rechterbovenhoek van het scherm te drukken.
2. Druk op Max. flow temperature om een maximale
voorstroomtemperatuur te definiëren. De temperatuur in het
systeem zal nooit de opgegeven waarde overschrijden.
Het setpoint kan worden ingesteld op maximaal 5 °C
onder de ingestelde maximale voorstroomtemperatuur.
7.9 Bescherming tegen voorverhitting van de spoel en
vorstbescherming
Hoofdmenu > Instellingen > Toepassingsinstellingen > Spoel
voorverwarmen en vorstbescherming
Bij het kiezen van het toepassingstype Verwarmingsspoel kunt u
de functies voor voorverwarming en vorstbeveiliging van de batterij
activeren.
Spoel voorverwarmen
Met de MIXIT kunt u de spoel voorverwarmen voordat de ventilator
wordt ingeschakeld.
Ga als volgt te werk:
1. Activeer de functie door op de grijze schuifknop te drukken.
2. Druk op Coil preheat temperature om een drempel voor de
retourtemperatuur te definiëren.
Bescherming tegen bevriezing
U kunt de spoel beschermen tegen bevriezing door een lucht- en
retourtemperatuur te definiëren. Als de temperatuur onder één van
de twee temperatuurlimieten daalt, reageert de MIXIT door de klep
volledig te openen om heet water in het systeem te laten circuleren.
De retourtemperatuur wordt gemeten door de sensor in poort B van
de MIXIT. Om de luchttemperatuur te meten moet u een
temperatuursensor in de spoel installeren.
Ga als volgt te werk om vorstbescherming in te stellen:
1. Activeer de functie door op de grijze schuifknop te drukken.
2. Druk op Frost return temp. limit om een drempelwaarde voor
de retourtemperatuur te definiëren. Druk op OK.
3. Druk op Frost air temp. limit om een luchttemperatuurdrempel
te definiëren. Druk op OK.
4. Druk op Gedwongen pompstart om een temperatuurdrempel
voor de antivriesopnemer te definiëren. Druk op OK.
7.10 Vorstbescherming voor koeling
Hoofdmenu > Instellingen > Toepassingsinstellingen >
Bescherming tegen bevriezing
Bij het kiezen van het toepassingstype Cooling, kunt u de functies
van bescherming tegen bevriezing activeren.
Bescherming tegen bevriezing
U kunt de spoel beschermen tegen bevriezing door een
retourstroomtemperatuur te definiëren. Als de temperatuur onder de
temperatuurlimiet daalt, reageert de MIXIT door de klep volledig te
openen om water in het systeem te laten circuleren.
De retourtemperatuur wordt gemeten door de sensor in poort B van
de MIXIT.
Ga als volgt te werk om vorstbescherming in te stellen:
1. Activeer de functie door op de grijze schuifknop te drukken.
2. Druk op Frost return temp. limit om een drempel voor de
retourtemperatuur te definiëren. Druk op OK.
7.11 Vorstbescherming voor gecombineerde
verwarming en koeling
Hoofdmenu > Instellingen > Toepassingsinstellingen >
Bescherming tegen bevriezing
Bij het kiezen van het toepassingstype Gecombineerde verwarming
en koeling kunt u de vorstbeschermingsfuncties activeren.
Bescherming tegen bevriezing
Vorstbescherming is beschikbaar voor zowel het verwarmings- als
het koelsysteem afzonderlijk. U kunt het verwarmings- en
koelsysteem beschermen tegen bevriezing door een
retourtemperatuur te definiëren. Als de temperatuur onder de
temperatuurlimiet daalt, reageert de MIXIT door de klep volledig te
openen om water in het systeem te laten circuleren.
De retourtemperatuur wordt gemeten door de sensor in poort B van
de MIXIT.
Ga als volgt te werk om vorstbescherming in te stellen in
verwarmings- en koeltoepassingen:
1. Activeer de functie door op de grijze schuifknop te drukken.
2. Druk op Frost return temp. limit om een drempel voor de
retourtemperatuur te definiëren. Druk op OK.
783