INSTALLATIE
14.6
Verwarmingsflens en temperatuurregelaar / veiligheidstemperatuurbegrenzer monteren
» Schroef de verwarmingsflens tot tegen de aanslag in de reservoiropening.
» Steek de gecombineerde temperatuurregelaar / veiligheidstemperatuurbegrenzer tot tegen de aan-
slag op de verwarmingsflens.
» Lijn de verwarmingsflens en de gecombineerde temperatuurregelaar / veiligheidstemperatuurbe-
grenzer uit, zoals op de afbeelding wordt getoond.
» Klem alle draden weer aan hun oorspronkelijke positie aan de gecombineerde temperatuurregelaar/
veiligheidstemperatuurbegrenzer aan.
14.7
Toestel ontkalken
Materiële schade
!
Behandel de veiligheidsanode niet met ontkalkingsmiddelen.
» Demonteer de verwarmingsflens (zie hoofdstuk "Installatie / Onderhoud / Verwarmingsflens en tem-
peratuurregelaar / Veiligheidstemperatuurbegrenzer demonteren").
» Verwijder het gros van de kalkaanslag op het verwarmingselement door er voorzichtig op te
kloppen.
» Dompel het verwarmingselement tot aan de flensplaat in ontkalkingsvloeistof.
14.8
Aansluitkabel vervangen
Alleen een gekwalificeerde installateur mag de aansluitkabel door een originele aansluitkabel vervangen.
14.9
Aardleiding controleren
» Controleer de aardleiding (conform het AREI / Algemeen Reglement voor elektrische installaties) bij
een wateraansluitstomp en bij het aardleidingcontact van de aansluitkabel.
18
NL