DISPLAY PROTECTION (BEELDBEVEILIGING)
POWER SAVE
(Energiebesparing)
AUTO POWER SAVE TIME
SETTING (Tijdsinstelling
automatische
energiebesparing)
POWER SAVE MESSAGE
(Energiebesparingsmelding)
FAN CONTROL
(Ventilatiecontrole)
HEAT STATUS (Verhittingsstatus) Hiermee wordt de actuele status van de koelmotoren,de achtergrondverlichting en de temperatuursensoren getoond.
SCREEN SAVER
(Schermbeveiliging)
1
GAMMA*
BACKLIGHT
(Achtergrondverlichting)*
1
MOTION
2
(Bewegend beeld)*
SIDE BORDER COLOR
(Kleur zijbalken)
POWER ON DELAY
(Vertraging inschakelen)
DELAY TIME (Vertragingstijd) "POWER ON DELAY" (Vertraging inschakelen) kan worden ingesteld tussen 0 en 50 seconden.
LINK TO ID
(Koppelen aan ID)
ALERT MAIL (Waarschuwingsmail) Selecteer ON (Aan) om de waarschuwingsmail te activeren.
RESET (Opnieuw instellen)
CONTROL (BESTURING)
NETWORK INFORMATION
(Netwerkinformatie)
LAN
IP SETTING
(IP-instelling)
IP ADDRESS (IP-adres)
SUBNET MASK
(Subnetmasker)
DEFAULT GATEWAY
(Standaardgateway)
DNS
DNS PRIMARY
(DNS primair)
DNS SECONDARY
(DNS secundair)
*1: Als SPECTRAVIEW ENGINE staat ingeschakeld, is deze functie grijs weergegeven.
*2: Als u OPTION (Optie) voor signaalinvoer selecteert, is deze functie afhankelijk van welke optionele kaart u gebruikt.
*3: De functie is alleen beschikbaar wanneer er verbinding is met de optionele bedieningseenheid.
Hiermee wordt ENABLE (INSCHAKELEN) of DISABLE (UITSCHAKELEN) ingesteld. Als U ENABLE (INSCHAKELEN)
instelt, stelt u in na hoeveel tijd de monitor overgaat op de energiespaarstand nadat het signaal is uitgevallen.
Zie Stroomindicator (pagina 42) voor meer informatie.
OPMERKING: Als u DVI aansluit, stopt de videokaart mogelijk niet met het verzenden van digitale gegevens, zelfs als
het beeld verdwenen is. Als dit gebeurt, schakelt de monitor niet over op de energiebesparingsstand. POWER SAVE
(Stroom besparen) wordt uitgeschakeld wanneer AUTO OFF (Automatisch uit) of CUSTOM (Aangepast) is geselecteerd
in HUMAN SENSING (Persoonsdetectie)*
Stel de tijd in waarop de monitor overgaat op de automatische energiebesparingsstand nadat er geen signaal meer
wordt ontvangen.
Zodra de monitor overgaat op de automatische energiebesparingstsand, verschijnt er een melding wanneer ON (Aan)
wordt geselecteerd.
Koelventilatoren verlagen de interne temperatuur van de monitor om oververhitting te voorkomen.
Als AUTO (Automatisch) is geselecteerd, kunt u de starttemperatuur van de koelventilatoren en de ventilatorsnelheid
aanpassen.
Gebruik de functie SCREEN SAVER (Schermbeveiliging) om het risico op inbranding te verkleinen.
OPMERKING: Als de schermbeveiliging wordt geactiveerd, wordt het beeld gewijzigd in VOLLEDIG beeld. Als de
activiteit van de schermbeveiliging stopt, wordt het beeld opnieuw weergegeven met de huidige instelling voor ASPECT
(Beeldverhouding).
De schermbeveiliging kan niet worden geselecteerd voor een signaalinvoer van 3840 x 2160 bij 60 Hz.
Als SCREEN SAVER (Schermbeveiliging) op actief is ingesteld, zijn MULTI PICTURE MODE (Beeldmodus), STILL
(Stilstaand), IMAGE FLIP (Beeld spiegelen) (behalve voor NONE (Geen)) of TEXT TICKER (Tekst-ticker), POINT ZOOM
(Specifi ek zoomen), TILE MATRIX (Tegelmatrix), CLOSED CAPTION (Ondertiteling) niet beschikbaar.
Als u ON (Aan) is geselecteerd, wordt het gamma van het beeld gewijzigd en vastgelegd.
Als u deze instelling op ON (Aan) zet, wordt de helderheid van de achtergrondverlichting verlaagd.
OPMERKING: selecteer deze functie niet wanneer ROOM LIGHT SENSING (Sensor voor kamerverlichting) is ingesteld
op MODE1 (Modus 1) of MODE2 (Modus 2).
Het beeld wordt enigszins vergroot en wordt op gezette tijden in vier richtingen verplaatst (omhoog, omlaag, links,
rechts). U kunt de tijd voor het interval en de zoomfactor instellen.
Hiermee past u de kleur van de zijkanten van het beeld aan bij een beeldverhouding van 4:3.
Door op de afstandsbediening op de knop + te drukken, worden de zijkanten lichter.
Door op de knop – te drukken, worden de zijkanten donkerder.
De achtergrondkleur van het Media Player-scherm wordt ook gewijzigd.
Hiermee past u de vertragingstijd in tussen stand-by en inschakelen.
Wanneer "ON" (Aan) is geselecteerd, is de vertragingstijd gekoppeld aan de monitor-ID. De periode is langer bij een
hoger ID-nummer.
Hiermee zet u de instellingen in het menu DISPLAY PROTECTION (Beeldbeveiliging) terug naar de fabrieksinstellingen,
behalve POWER ON DELAY (Vertraging inschakelen).
Hiermee worden de huidige netwerkinstellingen getoond.
OPMERKING: Als u een LAN-instelling wijzigt, dient u een aantal seconden te wachten tot de gewijzigde LAN-instelling
wordt toegepast.
Door deze optie in te schakelen wordt automatisch een IP-adres van uw DHCP-server aan de monitor toegewezen.
Als u de optie uitschakelt, kunt u het IP-adres en het subnetmasker invoeren dat u van uw netwerkbeheerder hebt
gekregen.
OPMERKING: vraag het IP-adres aan uw netwerkbeheerder wanneer AUTO (Automatisch) is geselecteerd voor
[IP SETTING] (IP-instelling).
Stel uw IP-adres in voor de monitor die op het netwerk is aangesloten wanneer MANUAL (Handmatig) is geselecteerd
voor [IP SETTING] (IP-instelling).
Stel uw subnetmasker in voor de monitor die op het netwerk is aangesloten wanneer MANUAL (Handmatig) is
geselecteerd voor [IP SETTING] (IP-instelling).
Stel uw standaardgateway in voor de monitor die op het netwerk is aangesloten wanneer MANUAL (Handmatig) is
geselecteerd voor [IP SETTING] (IP-instelling).
OPMERKING: voer [0.0.0.0] in om de instelling te verwijderen.
Stel de IP-adressen van de DNS-server in.
AUTO (Automatisch): De DNS-server die op de monitor is aangesloten wijst dit IP-adres automatisch toe.
MANUAL (Handmatig): Hier kunt u het IP-adres van de DNS-server die op de monitor is aangesloten, handmatig invoeren.
Voer de primaire DNS-serverinstellingen in van het netwerk dat is aangesloten op de monitor.
OPMERKING: voer [0.0.0.0] in om de instelling te verwijderen.
Voer de secundaire DNS-serverinstellingen in van het netwerk dat is aangesloten op de monitor.
OPMERKING: voer [0.0.0.0] in om de instelling te verwijderen.
3
.
Nederlands-40