5. Breng de instellingen aan die voor uw netwerk nodig zijn:
► IP-adres van de monitor invoeren (de laatste drie tekens ervan moet
anders zijn dan bij dat van de pc)
► Netmasker invoeren (moet overeenkomen met het netmasker van
de pc)
► Standaard-gateway invoeren (indien aanwezig)
Het symbool
De LAN-verbinding is ingesteld.
AANWIJZING:
Instellingen die u in dit dialoogvenster aanbrengt, zijn direct actief.
Opslaan of bevestigen is niet nodig.
6. Ga afhankelijk van uw apparaatvariant verder:
► Apparaten met bio-impedantiemeting: verder met stap 7.
► Apparaten zonder bio-impedantiemeting: verder met stap 10.
7. Zorg ervoor dat de meetmat correct in de magneethouder van de monitor
is opgehangen.
8. Tip in het tabblad Peripherals (Periferie) de button WiFi aan.
9. Tip in het dropdown-menu WiFi mode (WiFi-modus) de gewenste
modus aan:
► WiFi direct (BIA mat) (WiFi direct (BIA mat)): Monitor en
meetmat communiceren via een directe wifi-verbinding
► WiFi off (WiFi uit): Monitor en meetmat communiceren via de
infrarood-interface
wordt op de monitor weergegeven.
Randapparatuur instellen • 173
Nederlands