12.5 Meting vitale gegevens
Bloeddrukmeting
Meetmethode
Manchet-startdruk, neerwaartse meting
Maximale manchetdruk
Meetbereik bloeddruk
Opwaartse meting:
• Systole
• Diastole
• Gemiddelde arteriële druk
Neerwaartse meting:
• Systole
• Diastole
• Gemiddelde arteriële druk
Nauwkeurigheid (onder laboratoriumvoorwaarden; geverifieerd met
patiëntsimulator CuffLink van Fluke)
Meetnauwkeurigheid bloeddruk (door de fabrikant van de meetmodule in
klinisch onderzoek bepaald conform DIN EN ISO 81060)
Opwaartse meting:
• Gemiddelde afwijking systole
• Standaardafwijking systole
• Gemiddelde afwijking diastole
• Standaardafwijking diastole
Neerwaartse meting:
• Gemiddelde afwijking systole
• Standaardafwijking systole
• Gemiddelde afwijking diastole
• Standaardafwijking diastole
Drukomvormer:
• Nauwkeurigheid
• Resolutie
• Lekpercentage
• Grenswaarde te hoge druk
• Uitschakelen en druk aflaten bij (1. storingsgeval)
Meetduur bloeddruk:
• Normaal
• Maximaal (volwassene)
➔
Bloeddrukmeting
➔
Temperatuurmeting COVIDIEN
➔
Temperatuurmeting COVIDIEN
➔
Handmatige temperatuurinvoer
➔
SpO
-meting Masimo SET
2
➔
SpO
-meting seca
2
seca Bloeddrukmodule
TM
TM
FILAC
3000
TM
®
GENIUS
3
®
• Oscillometrisch
• Opwaartse meting/neerwaartse
meting omschakelbaar
• Enkele meting
• Meervoudige meting configureer-
baar: max. 6 metingen in max.
30 minuten)
instelbaar: 80 mmHg – 280 mmHg
(260 mmHg niet instelbaar)
77 mmHg – 200 mmHg
45 mmHg – 190 mmHg
56 mmHg – 193 mmHg
25 mmHg – 280 mmHg
10 mmHg – 220 mmHg
15 mmHg – 260 mmHg
max. ± 3 mmHg / 3 %,
De grotere waarde geldt
Technische gegevens • 129
Nederlands
300 mmHg
0,36 mmHg
4,27 mmHg
-0,12 mmHg
3,78 mmHg
0,10 mmHg
3,24 mmHg
-0,20 mmHg
2,95 mmHg
±1 mmHg
1 mmHg
< 3 mmHg/min
300 mmHg
> 330 mmHg
15 – 20 s
90 s